Amerikanen verkassen in groten getale naar het zonnige Zuid-Europese land en investeren er miljarden euro’s in vastgoed.

Het afgelopen decennium is de totale bevolking van Portugal enigszins gedaald. Op dit wonen er meer dan 10 miljoen mensen in het Zuid-Europese land. Het aantal buitenlanders in Portugal is echter gestaag blijven toenemen in diezelfde periode. Met 40 procent zelfs, bericht The Los Angeles Times. 

Opvallend is dat vooral veel Amerikanen Portugal bijzonder aantrekkelijk vinden. Het aantal Amerikaanse burgers dat naar het land emigreerde, steeg het afgelopen jaar met 45 procent. Vooral Californiërs zouden maar al te graag bereid zijn om naar Portugal te verkassen. Zij bestaan uit een gemengde groep van gepensioneerden, ‘digital nomads’ en jonge gezinnen die “genoeg hebben van de huisvestingkosten en de gezondheidszorg in de VS”, weet de Amerikaanse krant. 

“Ik zou beweren dat 95 procent van mijn huidige klanten Amerikanen zijn”, zei André Fernandes, een makelaar uit Porto, tegen The Los Angeles Times. “In de afgelopen week heb ik gebeld of gemaild met mensen uit Californië, Arizona en New Mexico”, werpt Fernandes op. Dat velen van hen ‘digital nomads’ zijn, is duidelijk. “Een recente klant was een schrijver voor Netflix”, zegt de makelaar.

6 miljard dollar in vastgoed gepompt

Portugal kwam in het midden van de jaren 2000 uit de financiële crisis als een van de armste landen van de Europese Unie. Om de economie opnieuw aan te zwengelen, stelde de overheid nieuwe immigratiewetten op om buitenlandse professionals aan te trekken. 

Rijken konden dankzij de nieuwe spelregels een verblijfsvergunning bemachtigen door grond te kopen. Telewerkers konden sindsdien ook het burgerschap verkrijgen door hun in het buitenland verdiende geld uit te geven in de Portugese economie. Recent heeft het land zich ook ontwikkeld tot een belastingparadijs voor cryptobeleggers.

Deze strategie leverde duidelijk op voor Portugal. De overheid schat dat buitenlanders sinds 2012 met de verkoop van vastgoed alleen al meer dan 6 miljard dollar in het land hebben gepompt. De verhuur- en toeristische sector bracht vorig jaar meer dan 10 miljard dollar in het laatje en vertegenwoordigde voor de komst van COVID-19 zeker 15 procent van het nationale bbp, weet The Los Angeles Times.

“Wees niet Frans, Lissabon”

Het ongenoegen van de Portugezen tegenover de nieuwe inwijkelingen neemt echter toe. Het woord ‘expat’, ofwel expatriate, is zelfs een beladen term geworden in de hoofdstad Lissabon, waar tienduizenden immigranten uit Brazilië, Oekraïne, Roemenië en India zich gevestigd hebben. Portugese activisten protesteerden al geregeld tegen huisuitzettingen en snel stijgende huren, die veroorzaakt worden door rijke buitenlandse migranten.

“Er bestaat geen twijfel over dat de buitenlandse investeringen de Portugese economie enorm hebben geholpen en de steden mooier hebben gemaakt”, zegt Isabel da Bandeira, een activist voor huisvestingsrechten, tegen de Amerikaanse krant. “Maar dit proces heeft ook de lokale bewoners gekwetst, die delen van hun gemeenschap niet meer herkennen of het zich niet meer kunnen veroorloven om er te wonen”, meent de activist.

Het aantal uitzettingen in Lissabon is de afgelopen jaren inderdaad verdubbeld. Voormalig burgemeester Fernando Medina lanceerde daarom een initiatief om honderden Airbnb’s te verhuren aan lokale arbeiders. De eigenaars van die woonsten konden echter veel meer verdienen op de privémarkt aan buitenlanders en het plan faalde. 

“Wees niet Frans, Lissabon”, leest een slogan op Facebook van activistengroep Stop Despejos, ofwel ‘stop huisuitzettingen’. Het is een verwijzing naar de enorm hoge kosten die enkele steden in Frankrijk volledig in de ban houden sinds ‘expats’ er massaal kwamen wonen.