Beiroet ontwaakte woensdagochtend in een diepe rouw na een enorme explosie en schokgolf in de haven de dag voordien. Minstens 135 mensen kwamen om het leven, meer dan 5.000 raakten gewond en zo’n 300.000 zouden dakloos zijn geworden.
De internationale gemeenschap mobiliseert zich om medische hulp te sturen naar Libanon, dat al moeite had om het coronavirus te lijf te gaan. Dat terwijl het land worstelt met hyperinflatie, werkloosheid, een tekort aan basisgoederen en een politieke crisis.

De precieze gebeurtenissen die tot de explosie hebben geleid, waarvan de seismische golven overeenkwamen met een kracht van 3,3 op de schaal van Richter, zijn nog steeds onduidelijk. Het lijkt te gaan om vuurwerk dat opgeslagen was in een pakhuis vlakbij een opslagplaats met 2.750 ton ammoniumnitraat – een explosieve meststof die enkele jaren geleden uit een schip werd gehaald.
‘Zwaarste straf’ voor schuldigen
De Libanese president Michel Aoun vertelde verslaggevers kort na de ramp dat de nalatigheid tegenover het opgeslagen ammoniumnitraat ‘onaanvaardbaar’ was, en beloofde de ‘zwaarste straf’ voor degenen die schuldig zullen worden bevonden. De autoriteiten hebben een onderzoek geopend en zouden hun bevindingen binnen vijf dagen presenteren.
Meteen gingen op het internet verschillende theorieën de ronde, die variëren van binnenlandse sabotage tot Israëlische luchtaanvallen en zelfs een nucleaire ontploffing. Zo opperde de Amerikaanse president Donald Trump dat de ontploffing in de Libanese hoofdstad een aanslag zou kunnen zijn – een stelling die door Libanese functionarissen werd verworpen.
Corruptie
De echte oorzaak lijkt bij de systematische corruptie en nalatigheid te liggen die Libanon al lang teistert, waarbij ambtenaren al jaren de boel in de war sturen en zichzelf verrijken ten koste van de veiligheid van de burgers aldaar.
Al Jazeera meldde dat hooggeplaatste Libanese ambtenaren wisten dat het ammoniumnitraat al enkele jaren in Hangar 12 van de haven van Beiroet was opgeslagen en dat de aanwezigheid ervan daar een verwoestend ongeluk dreigde te veroorzaken.

Het ammoniumnitraat werd in september 2013 van een onder Moldavische vlag varend vrachtschip – de Rhosus – in beslag genomen toen de tanker in Beiroet aanmeerde na technische problemen. De Rhosus was op weg van Georgië naar Mozambique, volgens Fleetmon, een website die schepen traceert.
Meerdere waarschuwingen
Ammoniumnitraat wordt vaak gebruikt als meststof, omdat het hoge stikstofgehalte gunstig is voor de plantengroei. Het is ook een belangrijk onderdeel van explosieven voor de mijnbouw en populair bij terreurgroepen die er zelfgemaakte explosieven van maken.
In de jaren die volgden werden er meerdere pogingen ondernomen om de gevaarlijke lading te verhuizen. In 2014 schreef de toenmalige directeur van de Libanese douane Shafik Merhi aan een rechter om een oplossing te zoeken. Douanebeambten stuurden de komende drie jaar nog minstens vijf brieven, meldde Al Jazeera, waarin ze aan rechters vroegen om iets aan het probleem te doen. Ze zouden nooit een antwoord ontvangen hebben.
‘Gezien het ernstige gevaar om deze goederen in de hangar in ongeschikte klimatologische omstandigheden te houden, verzoeken wij het maritieme agentschap om deze goederen onmiddellijk weg te voeren om de veiligheid van de haven en de mensen die er werken te vrijwaren, of om te onderzoeken of de verkoop ervan mogelijk is’, zo staat in een van de brieven.
In 2017 begon de directeur van de Libanese douaneadministratie, Badri Daher, zijn ambtstermijn door opnieuw naar een rechter te schrijven over het ammoniumnitraat. Ook hij benadrukte het ‘gevaar … om deze goederen achter te laten op de plaats waar ze zijn, en voor degenen die er werken’.
Maar bijna drie jaar later lag het ammoniumnitraat nog steeds in Hangar 12. Video’s van de ramp tonen de enorme ravage in de hoofstad. Gebouwen zijn weggevaagd en honderden auto’s liggen ondersteboven. De knal was tot op Cyprus te horen en te voelen, zo’n 240 kilometer verderop.