De fiscus put almaar inkomsten uit de Vlaamse verkeersbelastingen. Die zijn de afgelopen vijf jaar gestegen met 15 procent. Dat schrijft De Tijd op basis van cijfers die Vlaams Parlementslid Maurits Vande Reyde (Open VLD) heeft opgevraagd bij Vlaams minister van Financiën Matthias Diependaele.
Een wagen bezitten is niet goedkoop. Bovenop de aankoopprijs moet u in ons land verzekeringskosten en allerhande belastingen betalen. Zo betaalt u bij de aankoop van uw wagen een belasting op inverkeerstelling (BIV) en de jaarlijks terugkerende verkeersbelasting. In totaal wordt jaarlijks 1,5 miljard euro aan verkeersbelastingen betaald.
Meer dan de inflatie
Nu blijkt dat die belastingen de afgelopen vijf jaar gevoelig zijn gestegen. In totaal zou het gaan om een stijging van 15 procent, blijkt uit de cijfers die Vande Reyde heeft ontvangen. Dat is meer dan de inflatie gedurende die periode. Die bedroeg ongeveer 5 procent.
Voornamelijk de BIV is gevoelig gestegen in die periode. In 2015 bracht die belasting 193 miljoen euro in het laatje. In 2019 is dat bedrag opgelopen tot 300 miljoen, of een stijging van 55 procent. De inkomsten uit de jaarlijks terugkerende verkeersbelasting is gestegen met 8 procent van 1,12 miljard naar 1,22 miljard euro.
Tolbelastingen
Vande Reyde maakt zich zorgen over de wildgroei aan regionale verkeersbelastingen. In De Tijd haalt hij onder meer het voorbeeld aan van de Brusselse en Antwerpse tolbelastingen. ‘Als je in de toekomst van Brussel naar Antwerpen rijdt, betaal je maar liefst voor drie verschillende fiscale regimes. Brusselse tol, Vlaamse verkeersbelasting en opnieuw een tol op de Antwerpse Ring’, klinkt het. Hij pleit daarom voor een slimmere fiscaliteit.
Ook werkgeversorganisaties maken zich zorgen over de verschillende tolheffingen. ‘Voor de pendelaar is het een eenzijdige belastingverhoging, terwijl er onvoldoende alternatieven ter beschikking zijn,’ reageerde Voka Metropolitan vorig jaar op het nieuws dat er in 2022 een Brusselse tolheffing komt. ‘Doordat de pendelaars zullen wegblijven zal dus ook de Brusselse economie in de klappen delen.’
Lees ook: