5 nadelen van het EU-China investeringsakkoord die we nu pas kennen

Vorige week werden de details van het EU-China-investeringsakkoord openbaar gemaakt. Na onderhandelingen van ongeveer zeven jaar en meer dan twee maanden verder overleg, kennen we nu eindelijk de volledige inhoud van dat akkoord. Er is niet voor elke Europese ondernemer goed nieuws in dat verdrag.

De deal werd op 30 december beslecht in een videogesprek tussen de Chinese president Xi Jinping en de Europese leiders Charles Michel, Ursula von der Leyen, Emmanuel Macron en Angela Merkel. Op die dag werd er na zeven jaar onderhandelen feitelijk een blauwdruk van het akkoord gemaakt. De exacte details van het akkoord waren echter nog niet duidelijk. Die moesten nog uitgeplozen worden door Chinese en Europese beleidsmakers en legale experts.

Er werd door de Europese leiders alvast beloofd dat Europese automakers makkelijker zouden kunnen toetreden tot de Chinese markt. Het Chinese beleid omtrent buitenlandse ondernemingen zou ook duidelijker en transparanter worden.

Sinds 12 maart kennen we de details van het akkoord, en wat blijkt: veel zaken blijven nog steeds strikt verboden voor Europese investeerders die graag naar de Chinese markt willen trekken.

Hier zijn enkele zaken die volgens het investeringsakkoord nog steeds verboden zullen zijn voor Europese bedrijven in China:

1. Zeldzame aardmetalen blijven onder strikte Chinese controle

We wisten al dat de ontginning van zeldzame aardmetalen een gevoelig onderwerp is voor China. In februari overwoog China zelfs een exportbeperking uit te voeren op de uitvoer van haar eigen aardmetalen naar de Verenigde Staten, om zo de wapenindustrie van die laatste te beschadigen. De VS importeert namelijk 80 procent van al haar aardmetalen uit China.

De zeldzame metalen worden buiten militaire producten ook gebruikt voor het produceren van magneten en elektrische wagens.

Volgens het investeringsakkoord mogen Europese entiteiten onder geen enkel voorbehoud investeren in de ontginning van zeldzame aardmetalen in China. Vreemd genoeg wordt in hetzelfde hoofdstuk ook een hele waaier aan terreinonderzoek verboden voor Europese bedrijven. Dat gaat van het maken van 3D-kaarten vanuit de lucht, tot het produceren van politieke kaarten.

2. Europese automakers krijgen geen volledige toegang. Er geldt ook een beperking per provincie

Het goede nieuws voor Europese automakers is dat ze vanaf 2022 geen verplichte joint venture meer moeten aangaan met een Chinees staatsbedrijf indien ze auto’s willen verkopen in het Aziatische land.

Het slechte nieuws is dat er helemaal geen volledige markttoegang zal zijn voor hoopvolle spelers zoals Volkswagen. Nochtans lieten de Europese leiders dit wel uitschijnen. Er komen zelfs verkooplimieten per provincie.

Daarbij moeten Europese autoproducenten ook een minimum aan 1 miljard dollar, ofwel 839 miljoen euro investeren in hun Chinese project voor ze van start mogen gaan.

3. De controle over mediavormen blijft in Chinese handen

Dat moet voor niemand een verrassing zijn. De Chinese staatsmedia vormen een krachtig instrument die de Chinese overheid dagelijks inzet om de interne markt bij te sturen en de opinie van haar bevolking te beïnvloeden.

Daarom zullen buitenlandse media grotendeels geweerd worden in het akkoord. Europese programma’s mogen enkel tijdens specifieke tijdslots getoond worden. Er moet uitdrukkelijke toestemmingen gegeven worden om op andere uren iets uit te zenden. Ook voor radio en print gelden strenge regels. Zo mogen buitenlandse mediabedrijven geen eigen studio’s of uitzendstations bouwen in China. Eigen cinemazalen opzetten mag bijvoorbeeld ook niet.

4. Gezondheidszorg blijft beteugeld

Europese bedrijven die van plan waren om een privé ziekenhuis te openen kunnen dit enkel doen in Beijing, Tianjin, Shanghai, Nanjing, Suzhou, Fuzhou, Guangzhou, Shenzhen en op het eiland Hainan. 

De meerderheid van het personeel in die ziekenhuizen zal ook de Chinese nationaliteit moeten hebben. Verder mogen Europese bedrijven in China niet aan stamcelonderzoek doen of andere vormen van genetisch onderzoek.

5. Investering in NGO’s en liefdadigheidsorganisaties is strikt verboden

Hiermee verraadt de Chinese overheid duidelijk dat ze koste wat kost willen voorkomen dat het investeringsakkoord de deur openzet voor Europese invloed in het land. Europa mag geen enkele cent in Chinese non-profitorganisaties steken.

Ook moeten alle werknemers van die organisaties Chinees zijn.

Het lijkt er op dat er met het investeringsakkoord maar weinig vooruitgang is geboekt voor de Europese ambities in China, autobouwers buiten beschouwing genomen. Toch telt het verdrag als een historische benadering tussen de twee regio’s en laat China voor de samenwerking een heleboel starre regelgeving varen. Het hele investeringsakkoord kan u hier lezen.

(mah)

Meer