In de Verenigde Staten wordt het presidentiële jacht USS Sequoia gerestaureerd. Het schip werd bijna honderd jaar geleden gebouwd en heeft in totaal acht Amerikaanse presidenten – van Herbert Hoover tot Gerald Ford – gediend. De USS Sequoia wordt vaak als het drijvende Witte Huis bestempeld en maakt integraal deel uit van de geschiedenis van de Verenigde Staten.
Bijna een kwarteeuw geleden besliste toenmalig Amerikaanse president Jimmy Carter om de USS Sequoia te verkopen. Hij wou daarmee naar eigen zeggen aan het tijdperk van the imperial presidency een einde maken.
Drooglegging
Intenties voor de restauratie van de USS Sequoia, die in zijn geschiedenis het toneel van een aantal diplomatieke en politieke hoogtepunten van de Amerikaanse geschiedenis is geweest, werden vier jaar geleden al bekend gemaakt. Volgende lente zou echter eindelijk met de uitvoering van die plannen kunnen worden begonnen. Het schip bevindt zich, zorgvuldig ingepakt, momenteel op een werf in Belfast (Maine).
De USS Sequoia werd in 1925 op de Mathis Shipyard in New Jersey gebouwd naar de plannen van scheepsarchitect John Trumpy. Opdrachtgever was Emily Roebling Cadwalader, erfgename van de groep die de Brooklyn Bridge in New York bouwde.
In het begin van de jaren dertig werd het schip echter overgenomen door de Amerikaanse regering, die de Sequoia tijdens de strijd tegen de drooglegging aanvankelijk inzette als lokaas voor de smokkelaars van alcohol.
Kort daarna besloot toenmalig Amerikaans president Herbert Hoover echter om van de Sequoia het nieuwe Amerikaanse presidentiële jacht te maken. Voor die opdracht was het schip ook uitermate geschikt. Met zijn geringe diepgang kon het jacht immers gemakkelijk de rivier Potomac opvaren om de Amerikaanse hoofdstad Washington te bereiken.
Leonid Brezjnev
De USS Sequoia was ook het toneel van een aantal gedenkwaardige gebeurtenissen. Gewag kan onder meer gemaakt worden van de atoomgesprekken die toenmalig Amerikaans president Harry Truman na de Tweede Wereldoorlog aan boord van het schip hield met leiders van Canada en het Verenigd Koninkrijk.
Franklin Delano Roosevelt ontving op het presidentiële jacht de Britse premier Winston Churchill, terwijl Richard Nixon zelfs Leonid Brezjnev, secretaris-generaal van de Sovjet-Unie, aan boord van de Sequoia uitnodigde. Presidenten zoals John Kennedy en Richard Nixon gebruikten het jacht ook aan om voor een korte tijd aan de druk van de politiek te kunnen ontsnappen.
President Jimmy Carter besliste echter in 1977 om het schip uit besparingsoverwegingen van de hand te doen. Vervolgens werd de Sequoia als een toeristische charterboot op de Potomac ingezet. Het jacht veranderde sindsdien ook een aantal keren van eigenaar.
In 1987 werd de Sequoia uitgeroepen tot nationaal historisch monument. Momenteel is het schip eigendom van investeerder Equator Capital Group, die vier jaar geleden besliste de Sequoia te laten restaureren. Daarvoor werd het jacht vanuit Virginia met een binnenschip naar Maine overgebracht.
Daar zal het jacht door botenbouwer French & Webb worden gerestaureerd. De restaurateur wijst erop dat de renovatiewerken door de uitbraak van de coronapandemie dienden te worden opgeschort, maar volgende lente kunnen worden hervat. Todd French, chief executive van de restaurateur, erkent dat er ogenschijnlijk de voorbije jaren weinig is gebeurd, maar benadrukt dat er heel wat voorbereidend werk is uitgevoerd.
“Onder meer werd aan de hand van moderne lasertechnologie een volledig, driedimensionaal model van de boot gemaakt”, benadrukt hij. “Bovendien moest voor de restauratie op zoek worden gegaan naar een aantal zeldzame houtsoorten, waarbij echter met de principes van duurzaamheid rekening moest worden gehouden.”
De werkzaamheden zullen naar verwachting drie jaar in beslag nemen. Wanneer de restauratie is voltooid, zal de Sequoia wellicht naar Washington terugkeren. Daar zal het schip worden ingezet voor de ondersteuning van duurzaam oceaanbeheer en een aantal educatieve projecten.
(jvdh)