Topmannen Federal Reserve liquideren hun aandelenportefeuille: is het wel correct om als functionaris van een centrale bank te handelen op de beurs?

Robert Kaplan en Eric Rosengren, topmannen bij de Federal Reserve, hebben eerder deze week beslist om hun aandelenportefeuilles te liquideren. Ze doen dat na kritiek over druk tradinggedrag en belangenconflicten.

Waarom is dit belangrijk?

Eerder deze week kwam aan het licht dat enkele voorzitters van de regionale banken van de Federal Reserve actief aan het handelen waren op de beurs. Dat nieuws heeft bij sommige critici van de centrale bank vragen doen rijzen over de regels die medewerkers in staat stellen om dergelijke transacties te doen.

Kaplan en Rosengren, de voorzitters van de Fed-afdelingen in Dallas en Boston, hebben tijdens het coronajaar zeer actief aandelen verhandeld op de beurs. Dat meldden Wall Street Journal en Bloomberg eerder deze week. Die transacties vonden plaats in een jaar waarin de centrale bank belangrijke acties ondernam om de economie te ondersteunen.

Belangenconflicten

Volgens critici was er onder meer sprake van belangenconflicten. De voorzitters van de Federal Reserve zijn nu eenmaal goed op de hoogte van het rentebeleid. Dat beleid heeft onder meer een impact op de obligatiemarkten en de beurzen. De Amerikaanse beurzen zitten mede dankzij het huidige geldbeleid op een recordkoers.

“Vergeet de individuele handel”, zei Benjamin Dulchin, directeur van Fed Up, een groep die ervoor pleit dat de Federal Reserve zich meer richt op de behoeften van de Amerikaanse werknemers, in een reactie aan het persagentschap Reuters. “Het probleem is dat een voorzitter van een Fed bank – een van de weinige mensen die het monetaire beleid van ons land bepalen – zo duidelijk zijn persoonlijke belangen heeft afgestemd op het succes van onze grootste bedrijven.”

Kaplan en Rosengreen hebben intussen in afzonderlijke berichten laten weten dat hun transacties in overeenstemming waren met de ethische regels van de Amerikaanse centrale bank. Ze zeiden ook dat ze hun investeringspraktijken zouden veranderen om “zelfs de schijn van belangenconflicten” tegen te gaan en dat ze alle individuele aandelenbelangen tegen 30 september zouden verkopen en de opbrengst in contanten of passief belegde indexfondsen zouden steken.

Uit de documenten die de Amerikaanse kranten konden inkijken bleek dat Kaplan in 2020 voor ten minste 18 miljoen dollar aan individuele aandelen heeft gekocht en verkocht, voornamelijk techaandelen, zoals Apple en Amazon, en energieaandelen, zoals Marathon Petroleum.

Bloomberg liet weten dat Rosenberg vooral in zogenaamde REIT’s, gereglementeerde vastgoedvennootschappen belegde. Nochtans waarschuwde hij in het verleden voor opgeblazen waarderingen in commercieel vastgoed. “Helaas heeft de schijn van dergelijke toelaatbare persoonlijke investeringsbeslissingen vragen opgeroepen, en daarom heb ik besloten deze activa af te stoten om mijn toewijding aan de ethische richtlijnen van de Fed te onderstrepen”, klonk het donderdag bij Rosenberg.

Welke regels gelden er juist?

Om te beginnen mogen Fed-functionarissen geen aandelen verhandelen tijdens de zogenaamde “blackout-periode”. Dat is de periode waarbinnen een vergadering van de Federal Reserve gepland staat. Tijdens zo een Fed-vergadering wordt er immers gevoelige informatie besproken.

Voorts mogen de functionarissen geen aandelen van banken of beleggingsfondsen met een focus op de financiële sector aanhouden. Ze mogen ook geen effecten verkopen binnen de dertig dagen na de aankoop.

In de deontologische code staat dat een werknemer elke situatie die aanleiding zou kunnen geven tot een feitelijk belangenconflict of zelfs maar de schijn heeft van een belangenconflict moet vermijden. “Medewerkers met toegang tot marktgevoelige informatie dienen te vermijden financiële transacties te verrichten waarvan de timing de schijn zou kunnen wekken dat zij handelen op basis van voorkennis betreffende beraadslagingen en handelingen van de Federal Reserve”, staat er in de code.

Lees ook:

Meer