Key takeaways
- De staatsschuld is aanzienlijk gestegen in ontwikkelde landen, vooral in het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk.
- Regeringen kunnen begrotingstekorten aanpakken door middel van strategieën zoals belastingverhogingen en bezuinigingen.
- De politieke wil en de verwachtingen van het publiek vormen een uitdaging bij het doorvoeren van de noodzakelijke begrotingshervormingen.
Sinds het begin van de pandemie is de staatsschuld in het Verenigd Koninkrijk aanzienlijk gestegen. Tegen het einde van 2022 was de staatsschuld gestegen tot bijna 100 procent van het bbp, met een begrotingstekort van meer dan 5 procent. Het Office for Budget Responsibility voorspelt dat als er geen actie wordt ondernomen, de staatsschuld in de komende vijf decennia kan oplopen tot 270 procent van de jaarlijkse productie.
Hoewel de situatie van het Verenigd Koninkrijk zorgwekkend is, is deze niet uniek onder de ontwikkelde landen. Frankrijk heeft een nog hogere staatsschuld (113 procent van het bbp) en een begrotingstekort dat iets hoger is dan dat van het Verenigd Koninkrijk vorig jaar. De Verenigde Staten worstelen ook met een grote staatsschuld, die in 2022 121 procent van het bbp zal bedragen, en een begrotingstekort van ongeveer 7 procent.
Begrotingstekorten verminderen
Het Internationaal Monetair Fonds heeft regeringen over de hele wereld aangespoord om hun begrotingsproblemen aan te pakken. In theorie is staatsinsolventie niet onvermijdelijk. Regeringen zouden strategieën zoals belastingverhogingen, bezuinigingen en groeibevorderende hervormingen kunnen gebruiken om hun begrotingstekorten geleidelijk terug te dringen.
Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk staan echter allebei voor grote budgettaire uitdagingen, zij het in verschillende omstandigheden. Beide landen hebben te maken met een lage bbp-groei en onzekere economische vooruitzichten, maar Frankrijk heeft een gunstigere positie wat betreft de leenkosten. De rente op Franse 10-jaarsobligaties ligt momenteel rond de 3,5 procent, aanzienlijk lager dan de 4,6 procent in het Verenigd Koninkrijk, wat de grotere kwetsbaarheid van het Verenigd Koninkrijk onderstreept.
Politieke wil en publieke verwachtingen
De politieke wil blijft een groot obstakel. Het Britse Office for Budget Responsibility merkt op dat het publiek meer verwacht van overheidsingrijpen in reactie op opkomende bedreigingen en toekomstige crises. In Frankrijk heeft premier François Bayrou gewaarschuwd dat het land afhankelijk is van leningen en gevaarlijk dicht bij een crisispunt is. Het recente voorstel van Frankrijk om het begrotingstekort terug te dringen door twee nationale feestdagen te schrappen, stuitte echter op hevig verzet vanuit het hele politieke spectrum.
Investeerder Ray Dalio betwist in zijn boek “How Countries Go Broke: The Big Cycle” het idee dat staatsschulden onbeperkt zijn, vooral voor landen met een reservevaluta. Hij stelt dat naarmate de schuld zich opstapelt, de chronische tekorten en de afhankelijkheid van buitenlandse geldschieters toenemen, wat leidt tot hogere kosten voor de schuldendienst. Deze cyclus weerspiegelt de situatie in economieën zoals het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en de Verenigde Staten. Dalio waarschuwt dat, hoewel een schuldencrisis niet onmiddellijk is, deze zich waarschijnlijk in de komende tien jaar zal voordoen en dringt er bij obligatiehouders op aan om zich hierop voor te bereiden. (fc)
Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!

