India is momenteel verwikkeld in een diplomatieke ruzie, nadat topambtenaren van de regerende partij negatieve opmerkingen hebben gemaakt over de islam en de profeet Mohammed.
Vorige week maakten twee woordvoerders van de regering-Modi spottende opmerkingen over de islamitische profeet Mohammed en zijn vrouw. Dat werd gedaan tijdens een tv-debat en via het platform Twitter. Het leidde tot grote woede in de Arabische wereld, waar de opmerkingen werden gezien als godslastering. Verschillende moslimlanden voerden vervolgens de druk op India op om op te treden tegen de twee ambtenaren.
De partij van de Indiase president Narendra Modi – de Bharatiya Janata-partij (BJP) – ondernam lange tijd echter geen actie tegen de twee woordvoerders tot afgelopen zondag, toen internationaal de kritiek op het land verder toenam en er tot boycots van Indiase producten werd opgeroepen. Als reactie werden de twee geschorst.
Protesten en boycots
Minstens vijf Arabische landen hebben een officieel protest ingediend bij India. Qatar eiste een verontschuldiging van de Indiase regering en Koeweit riep de ambassadeur van het land op het matje.
De in Saoedi-Arabië gevestigde Organisatie voor Islamitische Samenwerking zei op zijn beurt dat de opmerkingen kwamen in een “context van toenemende haat en misbruik jegens de islam in India en systematisch geweld tegen moslims”.
New Delhi heeft tot nu toe nog geen commentaar gegeven op de protesten van de Arabische landen. De Indiase ambassades in Qatar en Doha publiceerden wel een verklaring, waarin werd gezegd dat de standpunten die tegen de profeet Mohammed en de islam werden geuit niet van de Indiase regering waren, maar door “randelementen” werden geuit.
In de Arabische wereld wordt op sociale media momenteel opgeroepen tot een boycot van Indiase goederen. Ook besloten sommige Arabische werkgevers om hun Indiase werknemers te ontslaan.
India onderhoudt sterke banden met de rijke staten Qatar en Koeweit, die afhankelijk zijn van miljoenen migrerende werknemers uit India die hen goedkope arbeid leveren. Andersom is India afhankelijk van de twee oliestaten om zijn energiehongerige economie van energie te kunnen voorzien.
Doelwit van geweld en bespottingen
De controversiële opmerkingen volgen op toenemend geweld tegen de Indiase moslimminderheid, uitgevoerd door hindoe-nationalisten die zich aangemoedigd voelen door Modi’s regelmatige stilzwijgen over dergelijke aanvallen. Zijn partij ontkent de beschuldigingen, maar moslims zeggen dat de aanvallen tegen hen en hun geloof sterk zijn toegenomen de laatste jaren.
In de loop der jaren zijn Indiase moslims vaak het doelwit geweest van geweld en spottende opmerkingen van hun eet- en kledingstijl. De organisaties Human Rights Watch en Amnesty International hebben gewaarschuwd dat de aanvallen kunnen escaleren.
(lb)