Producenten van olie en gas worden tot recordafschrijvingen gedwongen

Producenten van fossiele brandstoffen in Noord-Amerika en Europa hebben tijdens de eerste drie kwartalen van dit jaar samen ongeveer 145 miljard dollar aan activa afgeschreven. Dat is de grootste waardevermindering die de sector sinds minstens tien jaar, toen de wereldwijde financiële crisis eveneens zwaar had geraakt, heeft moeten noteren. Dat blijkt uit een analyse van de Amerikaanse zakenkrant Wall Street Journal.

Opgemerkt wordt dat vele bedrijven gedurende vele jaren een laag prijsniveau verwachten. Daarom worden dure projecten geschrapt, aangezien de rendabiliteit op termijn in het gedrang komt.

Vragen over toekomst

De afschrijvingen zijn volgens de onderzoekers het gevolg van de uitbraak van de coronapandemie en de vragen over de toekomst van de sector, die met een toenemende concurrentie van hernieuwbare energie rekening moet houden. De analisten voegen eraan toe dat het niveau van de afschrijvingen ook hoger lag dan tijdens de jongste oliecrisis een vijftal jaar geleden. Deze waardevermindering komt overeen met ongeveer 10 procent van de gezamenlijke marktwaarde van de bedrijven.

‘Door de uitbraak van de coronacrisis hebben veel bedrijven in de grote westerse economieën omvangrijker afschrijvingen doorgevoerd dan in een lange periode voordien,’ zegt de Wall Street Journal. ‘Een analyse van data van S&P Global Market Intelligence toont echter dat de afschrijvingen in de oliesector beduidend hoger lagen dan in de andere segmenten van de economie.’ 

‘De waardeverminderingen zijn ingegeven door een ongekende ineenstorting van de wereldwijde vraag naar energie,’ aldus het rapport. ‘Olieproducenten schrijven vaak activa af wanneer de grondstofprijzen crashen. Maar nu krijgen ze bovendien te maken met een onzekerheid op lange termijn. Door de opkomst van hernieuwbare energiebronnen en de bekommernis over de klimaatverandering, rijzen steeds meer vragen over de de toekomstige vraag naar hun belangrijkste producten.’

Schaliereserves

‘De afschrijvingen vertegenwoordigen niet alleen een verminderde waarde van bezittingen op korte termijn,’ verduidelijkt Regina Mayor, analiste bij KPMG. ‘Er is immers ook de perceptie bij veel bedrijven dat de situatie niet meer zal verbeteren. Ze beginnen te beseffen dat de vraag naar het product zal afnemen. De afwaarderingen zijn daarvan een voorbode.’

Tot voor enkele jaren zagen de oliebedrijven de toekomst nog heel anders. ‘Er werd immers rekening gehouden met een dreigend tekort aan energie in de nabije toekomst,’ zegt de Wall Street Journal.

‘Dat zette vele bedrijven tot grotere haast aan om nieuwe brandstofreserves op te kopen en te investeren in Amerikaanse schalievoorraden en Canadese oliezanden. Sommige van die activa gingen met hogere kosten gepaard, maar gehoopt werd dat die door hogere prijzen gecompenseerd zouden worden. Zes jaar geleden bereikte de prijs van petroleum een niveau van meer dan 100 dollar per vat. Daarna is echter een zware instorting gevolgd.’

‘Gevreesd moet worden dat de volgende jaren nog meer afwaarderingen zullen volgen,’ betoogt Philip Keejae Hong, professor boekhoudkunde aan de Central Michigan University. ‘De snelgroeiende hernieuwbare energie kan de volgende jaren de waarde van de producenten van fossiele brandstoffen verder ondermijnen. We hebben hier niet te maken met een individueel bedrijf dat maatregelen moet nemen. Er is sprake van een bedreiging waarmee een hele sector wordt geconfronteerd.’

Meer