Donderdag hebben de leden van de EU voor het eerst sinds het begin van de oorlog in Oekraïne hun goedkeuring gehecht aan een sanctie tegen de Russische energiesector: een embargo op steenkool. Niet genoeg voor Oekraïne, dat Rusland wil raken waar het pijn doet: z’n gas en olie-export.
Gisteren hebben de 27 lidstaten van de EU een nieuwe lijst van strafmaatregelen tegen Rusland goedgekeurd als vergelding voor zijn oorlogvoering in Oekraïne. De sancties omvatten een sluiting van de Europese havens voor Russische schepen, een uitbreiding van de lijst van “kritieke grondstoffen” die niet naar Rusland mogen worden verzonden, en een embargo op Russische steenkool.
Dit is een eerste sanctie tegen de Russische energiesector, aangezien de EU 45 procent van haar steenkool uit Rusland importeert, goed voor 4 miljard euro per jaar. Maar voor Oekraïne is dit hoegenaamd niet genoeg. Temeer daar deze uitstap uit Russische steenkool achter de feiten lijkt aan te hollen. Het embargo, dat volgens de oorspronkelijke planning medio juli volledig van kracht zou worden, zal uiteindelijk “pas” medio augustus van kracht worden.
Deze wijziging werd doorgevoerd onder druk van Duitsland, de grootste Europese importeur van Russische steenkool. Zijn bondskanselier, Olaf Scholz, had betoogd dat zijn land vier maanden nodig zou hebben om het verbod uit te voeren.
“De Duitse politieke elite gelooft blijkbaar nog steeds niet dat Oekraïne de oorlog kan winnen”
In het laatste sanctiepakket is geen spoor te bekennen van Russisch gas en olie. Sommige Europese landen pleiten er al sinds het begin van de oorlog voor om hun invoer stop te zetten, en andere hebben al besloten om van hun kant actie te ondernemen. Duitsland, daarentegen, is veel voorzichtiger. Omdat het erg afhankelijk is van fossiele brandstoffen uit Rusland.
Een houding die Oekraïne hoogst onwelgevallig is. De ambassadeur voor Duitsland, Andrij Melnyk, spaarde vandaag, in een interview met Reuters, de kritiek niet. “Het gaat niet alleen om Russisch gas. Het gaat om olie, kolen, metalen, diamanten en andere grondstoffen. Wij [Oekraïne] zijn het grootste slachtoffer geworden van deze perverse relatie. De Oekraïners betalen met hun leven voor dit mislukte Duitse beleid”, zei hij.
“Dit soort hypocrisie met Rusland gaat terug tot de Nord Stream 1-pijpleiding”, vervolgde Melnyk. “Duitslands enorme afhankelijkheid van Rusland, in een tijd van de ergste agressie sinds de Tweede Wereldoorlog, is beschamend.”
“Duitsland is even ver verwijderd van de steun die wij vandaag nodig hebben als aan het begin van de oorlog”, concludeerde de Oekraïense ambassadeur in Duitsland. “Meer dan 40 dagen later gelooft de Duitse politieke elite blijkbaar nog steeds niet dat Oekraïne de oorlog kan winnen.”
“Onmogelijk om met Scholz en Baerbock te praten”
Naast strengere sancties tegen Rusland verwacht Oekraïne, volgens Melnyk, veel meer directe steun aan Oekraïne. De ambassadeur had hierover graag persoonlijk met de hoogste regeringsfunctionarissen gesproken. Maar noch Olaf Scholz, noch minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock stemden in met een ontmoeting.
“Ik probeerde te bepleiten dat Duitsland veel meer zware wapens zou leveren, en te pleiten voor onze toelating tot de Europese Unie. Ik was niet in staat om deze boodschap persoonlijk aan Baerbock en Scholz over te brengen”, wierp hij op.
Een regeringswoordvoerder reageerde op deze kritiek. Volgens hem heeft Scholz regelmatig contact met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky. Ook zouden vertegenwoordigers van de Duitse regering regelmatig Oekraïense functionarissen, waaronder de ambassadeur, ontmoeten.
(lb)