In het nieuws: Volgens het Federaal Planbureau wordt de spilindex deze maand al overschreden, wat een maand vroeger is dan verwacht.

• Daardoor zullen de sociale uitkeringen in oktober met 2 procent stijgen. In november volgen de ambtenarenlonen.

Wanneer stijgen de lonen?

Details: Ook in de privésector zien veel werknemers hun loon stijgen als het leven duurder wordt.

• Wanneer dat gebeurt, is afhankelijk van het paritair comité waar je onder valt. In veel sectoren, waaronder paritair comité 200 (bedienden), gebeurt dat op 1 januari.
• In andere sectoren, waaronder de bankensector, gebeurt dat bijvoorbeeld om de twee maanden. Dat heeft er eerder dit jaar zelfs voor gezorgd dat het loon van wie actief is in de bankensector onlangs lichtjes is gedaald. Het moment waarop jouw loon wordt geïndexeerd, kan dus een niet te onderschatten impact hebben.
  • Meerdere indexeringen per jaar hebben ook een grote troef: het loon wordt sneller aangepast aan de inflatie. Als de indexering pas bij de start van het nieuwe jaar wordt aangepast, moet je eerst nog enkele maanden aan koopkracht inboeten alvorens je een hogere verloning krijgt.

Bruto is niet netto

Opmerkelijk: Mensen met een hoog loon houden netto meer over van een indexering dan werknemers die minder verdienen, ondanks enkele maatregelen om die zogenaamde promotieval tegen te gaan.

• De theorie: Als jouw loon stijgt, is de kans de groot dat je in een hoger belastingschijf terechtkomt. Vanaf 46.440 euro per jaar kom je in de hoogste belastingschijf van 50 procent terecht.
  • Ter verduidelijking: enkel alles boven de 46.440 euro wordt tegen dat tarief belast.
• Wie al een hoog loon heeft, zit al in die schijf. Dat betekent dus ook dat de belastingdruk niet verder kan toenemen. Dat is wel het geval voor wie een lager loon heeft. In dat geval kan een indexering leiden tot een hogere belastingdruk.
  • De overheid probeert dat probleem weg te werken door de ook de belastingschijven te indexeren. Al bleek eind vorig jaar uit een berekening van SD Worx dat de indexering van de lonen en belastingschijven onvoldoende is om de koopkracht van mensen met een laag inkomen te beschermen. Het koopkrachtverlies kan oplopen tot bijna 90 euro per maand, oftewel 1.080 euro per jaar.
• Ook dit nog: Als je bruto meer verdient, bestaat de kans dat je niet langer in aanmerking komt voor de jobbonus, of dat die veel kleiner zal zijn, waardoor je meer moet afgeven aan de fiscus.
  • De bonus bedraagt 600 euro per jaar voor wie bruto minder verdient dan 1.950 euro. Die neemt stelselmatig af tot 50 euro voor wie meer verdient, om uiteindelijk volledig te verdwijnen zodra er bruto meer dan 2.900 euro op jouw loonbriefje staat.
  • De Vlaamse regering heeft die grenzen opgetrokken omdat door de indexering veel mensen uit de boot zouden vallen.