De Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) heeft een loonkostenrapport opgesteld waarin staat hoeveel de lonen in onze buurlanden naar verwachting zullen stijgen. De vakbonden en de werkgevers baseren zich op dat rapport om te bepalen in welke mate de lonen in ons land kunnen stijgen.
Het rapport van de CRB is een tweejaarlijks terugkerend werkstuk waarin de raad zijn licht laat schijnen over de loonevoluties in het buitenland. Dat rapport is van cruciaal belang voor het loonoverleg tussen de werkgevers en de vakbonden.
Lagere loonstijging
Volgens de Franstalige nieuwszender LN24 en Belga zou er voor 2021 en 2022 een maximale loonstijging zijn van 0,4 procent bovenop de index. Eerder werd er nog uitgegaan van een loonmarge van 0,9 procent, maar dat is nu naar beneden bijgesteld. Dat is overigens een veel lagere stijging dan bij de laatste twee loononderhandelingen. Toen was er telkens ruimte voor een stijging van 1,1 procent.
Het is nu aan de Groep van Tien om op basis van het rapport tot een akkoord te komen. Volgens de meest recente berichten zijn zowel de vakbonden als de werkgevers niet tevreden met de maximale loonstijging die is opgenomen in het rapport. De werkgevers, bij monde van het VBO en Agoria, lieten al weten dat ze helemaal geen ruimte zien voor extra loon.
Sociale vrede
De vakbonden willen dan weer dat er sowieso een loonsverhoging komt. Volgens de socialistische vakbond ABVV zou de sociale vrede anders in het gedrang kunnen komen.
De vakbonden hopen overigens dat er een uitzondering gemaakt wordt voor de bedrijven die weinig of niet getroffen werden door de coronacrisis. Zij kunnen volgens de vakbonden wel een hogere loonsverhoging toestaan. De werknemersorganisaties hopen dat minister van Werk en Economie Pierre-Yves Dermagne (PS) dat via een omzendbrief zal mogelijk maken, schrijft De Tijd.
Lees ook: