Op Cyprus is de landbouw wanhopig op zoek naar een oplossing om conflicten met de moeflon te vermijden. De moeflon is een bergschaap dat met zijn gekromde hoorns tot een nationaal symbool van het eiland is uitgegroeid. Het dier is beschermd, maar is daardoor ook een bedreiging voor de lokale landbouw geworden. De lokale bevolking wijst onder meer naar droge weersomstandigheden, die de dieren naar de dorpen zouden hebben gedreven. Een beschuldigende vinger gaat echter ook naar de Europese wetgeving.
“De moeflon was in het verleden vooral in de westelijke bosgebieden van Paphos terug te vinden,” aldus het persbureau Agence France Presse (AFP). “Sindsdien zijn er echter oostwaarts getrokken naar de dorpen van de landbouwvallei Marathassa, waar ze op zoek gaan naar voedsel.”
Gigantische schade
De dieren richten aan de landbouwgewassen een gigantische schade aan. De boeren moeten veel geld uitgeven aan omheiningen die hun boomgaarden en andere teelten tegen de moeflons kunnen beschermen. “Maar niet iedereen kan deze uitgaven betalen,” zegt John Papadouris, voormalig burgemeester van Kalopanayiotis, het belangrijkste dorp van de vallei. “Veel dorpelingen zijn wanhopig. De moeflons dreigen steeds meer boeren tot een emigratie te dwingen.”
Ook Christodoulos Orphanides, burgemeester van het dorp Tsakistra, getuigt over een gigantische schade. Wijngaarden die tot drie ton druiven konden opleveren, blijken volgens hem vaak uiteindelijk niet meer dan 30 kilogram te produceren.
“De rest is tijdens de nachtelijke uren door kuddes met soms veertig moeflons kaal gevreten,” getuigt Orphanides. “Ook bij de kersenteelt leveren alleen nog de vruchten van de hoogste takken een oogst opleveren. Dat zijn de enige plekken die voor de moeflon onbereikbaar blijven.”
“Het probleem is de voorbije jaren door de droge weersomstandigheden nog verergerd,” benadrukt Nicos Kasinis, natuurbeheerder bij het Cypriotische ministerie van binnenlandse zaken. “Daardoor gaan de dieren op zoek naar de meest vochtige gebieden. Door een herbebossing is een groot gedeelte van Paphos voor de moeflon onbewoonbaar geworden.”
“Tegelijkertijd hebben de dieren van nieuwe beschermingsvoorschriften kunnen profiteren. Er zijn nu ongeveer drieduizend moeflons. In het midden van de voorbije eeuw werden er slechts enkele tientallen exemplaren geteld. In Paphos werd tachtig jaar geleden een jachtverbod ingevoerd. Later volgden nog bijkomende beschermingsmaatregelen.”
Hoewel de schade tot honderden of duizenden euro kan oplopen, zegt Kasinis ervan overtuigd te zijn dat veel overdreven klachten zijn ingediend. “Men had veel schade kunnen voorkomen door zelf in goedkope omheiningen te investeren,” zegt hij. “Vele bewoners hebben echter gewacht tot de overheid deze maatregelen zou financieren.”
Compensatie
Het Cypriotische ministerie van landbouw benadrukt dat de moeflon een onmisbaar onderdeel van het natuurlijke erfgoed van het eiland is. Chloe Kola Christofi, verantwoordelijke voor de dienst plattelandsontwikkeling bij het ministerie van landbouw, wijst daarbij naar de toetreding van Cyprus tot de Europese Unie vijftien jaar geleden.
“Voordien was het gemakkelijker een oplossing te vinden,” zegt Christofi. “Er konden aan de boeren compensaties worden gegeven voor de geleden schade. Daarmee was iedereen tevreden. Volgens de Europese Commissie is dergelijke financiële steun echter in strijd met de Europese wetgeving. Dat zette de Cypriotische regering aan om de compensatie af te schaffen.”
Een nieuwe Europese wetgeving zou echter een uitweg kunnen bieden. In het kader van een nieuwe richtlijn rond milieubescherming heeft Cyprus aan de Europese Commissie twee steunplannen voorgelegd. In januari van dit jaar volgde een goedkeuring. Daarbij is een compensatie voorzien voor de geleden schade, terwijl ook een deel van de beschermende omheiningen kan worden gefinancierd.
De beschikbare bedragen zijn volgens vele boeren echter onvoldoende om de verliezen te dekken. “Indien de overheid geen efficiëntere maatregelen neemt, zal er over enkele jaren in de bergen niemand meer wonen,” voeren zij aan. “Alleen de moeflons zullen overblijven.”
De meeste dorpen van Marathassa hebben de voorbije periode een sterke ontvolking gekend. Jongeren beseffen immers dat er in de vallei nog weinig toekomstmogelijkheden zijn. Daarom trekken ze dan ook massaal weg.