Luchtvervuiling door de verbranding van fossiele brandstoffen veroorzaakt wereldwijd een verlies van 8 miljard dollar per dag. Dat komt overeen met ongeveer 3,3 procent van het wereldwijde bruto binnenlands product. Dat zegt een rapport van Greenpeace en het Centre for Research on Energy and Clean Air.
Over een volledig jaar lopen die kosten op tot 2.900 miljard dollar. Met een verlies van ongeveer 900 miljard per jaar ervaart China volgens Greenpeace de hoogste economische impact van de toenemende luchtvervuiling. De Verenigde Staten staan op de tweede plaats met een kost van 600 miljard dollar, gevolgd door India met een verlies van 150 miljard dollar.
Fijnstof
‘Vele landen en ondernemingen streven naar een sterker gebruik van hernieuwbare energie en zuivere brandstoffen,’ klinkt het. ‘Desondanks blijft de luchtvervuiling elke dag miljarden mensen schade toebrengen.’
‘De verbranding van steenkool, olie en gas kan tot zware gezondheidsproblemen leiden. Dit kan wereldwijd jaarlijks tot 4,5 miljoen vroegtijdige overlijdens veroorzaken. Door de blootstelling aan fijnstof sterven wereldwijd veertigduizend kinderen voor ze hun vijfde verjaardag hebben bereikt.’
‘Het is noodzakelijk om het gebruik van steenkool, olie en gas af te bouwen en over te stappen op hernieuwbare energie,’ aldus Greenpeace. ‘Dat kan het mogelijk maken de zwaarste impact van de klimaatverandering te vermijden.’
‘Zonder inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken, zou de temperatuur op aarde tegen het midden van deze eeuw met twee graden Celsius stijgen. Volgens berekeningen van Oxford Economics dreigt een dergelijk scenario een negatieve impact te hebben op het wereldwijde bruto binnenlands product tussen 2,5 procent en 7,5 procent.’
Productiviteit
‘De financiële kost van de luchtvervuiling heeft verscheidene pijlers,’ aldus nog de milieuvereniging. ‘Zo zijn er de kosten voor de behandeling van ademhalingsziekten en niet-overdraagbare aandoeningen.’
‘Daarnaast leiden vroegtijdige overlijdens tot een verlies aan jaren productiviteit. Dat geldt nog meer voor de overlijdens van jonge kinderen. Zij hadden met een normale levensverwachting immers een aanzienlijke bijdrage aan de economie kunnen leveren.’
Greenpeace merkt nog op dat fijnstof economisch een grotere kost heeft dan andere verontreinigende stoffen zoals ozon of stikstofdioxide. Dat heeft volgens de onderzoekers vooral te maken met een grotere afwezigheid op de werkvloer.
Vorig jaar woonde ongeveer 91 procent van de wereldbevolking op locaties waar de niveaus van luchtvervuiling de richtlijnen van de World Health Organization overtroffen.