Donderdag besloot de Franse president Emmanuel Macron gebruik te maken van het befaamde wetsartikel 49.3 om zijn pensioenshervormingen zonder goedkeuring van het parlement door te voeren. Dat resulteerde in massale protesten.
De aanleiding: Macron activeert grondwetsartikel 49.3, en passeert het parlement.
- Macron probeert al lang zijn pensioenplannen, om de pensioenleeftijd van 62 naar 64 op te trekken, erdoor te krijgen. Donderdag stortte zijn plan ineen: de centrumrechtse Republikeinse Partij weigerde plots mee te stemmen, waardoor er geen meerderheid kon worden gehaald in het parlement. Maar enkele minuten voor de stemming besloot de president, samen met de regering van premier Elisabeth Borne, om het grondwetsartikel te activeren, dat het parlement passeert, waarmee de wet dus werd aangenomen.
De gevolgen: Opnieuw protesten, meer dan 200 arrestaties.
- In verschillende Franse steden kwam de bevolking op straat om zich te kanten tegen de plannen van Macron. In Parijs moesten de ordediensten het waterkanon en traangas inzetten. Onder meer aan de Place de la Concorde, in het hartje van de hoofdstad, zette de politie zelfs rubberen kogels in om de menigte uiteen te drijven.
- Ook in andere steden roerden de burgers zich. In Rijsel vielen twee gewonden onder de betogers, in onder meer Marseille, Dijon, Nice, Nantes en Toulouse kwam een menigte op de been om te betogen tegen de plannen.
Ook politiek: De oppositie grijpt de situatie aan om een motie van wantrouwen op te starten.
- Voorafgaand aan het triggeren van dat befaamde artikel 49.3, waarmee de regering een wet kan invoeren zonder uitdrukkelijke goedkeuring van het parlement, roerde de oppositiepartijen zich al stevig in het parlement.
- Yaël Saint-Pivet, de voorzitter van het huis, had de grootste moeite om de parlementsleden stil te krijgen. Die stonden op de banken en scandeerden “Aux armes citoyens; formez vos batallions“, de eerste zinnen in het refrein van La Marseillaise, het nationaal volkslied.
- Na twee minuten pauze, waarin de gemoederen moesten bedaard worden, nam premier Elisabeth Borne het woord:
- “Vandaag worden we geconfronteerd met onzekerheid, die afhangt van enkele stemmen. We kunnen het risico niet nemen om 175 uur aan parlementair debat te laten falen. Op basis van artikel 49.3 van de grondwet, leg ik de verantwoordelijkheid voor de pensioenshervorming bij mijn regering.”
- Toen was het hek helemaal van de dam: Marine Le Pen, van het uiterst-rechtse Rassemblement National, gaf aan dat haar partij een motie van wantrouwen zou indienen. Fabien Roussel, voor het communistische PCF, zei dat zo’n motie ook bij hun klaar ligt.
- In totaal moet een tiende van de 577 parlementsleden voor de motie stemmen om die geagendeerd te krijgen. 48 uur later moet ze dan worden besproken en gestemd in het parlement. Als een meerderheid van de parlementsleden (287 van de 577) voor de motie stemt, dient de regering te worden ontbonden.
- Dit scenario brengt Macron in een lastig parket. Sinds de parlementaire verkiezingen van juni 2022 heeft zijn regering (die van premier Borne) geen meerderheid meer in het parlement. Ze vertrouwt op steun van enkele oppositiepartijen om wetten gestemd te krijgen. Die onzekerheid (bij een regering met meerderheid in het parlement worden wetten die in het regeerakkoord staan zonder probleem gestemd) kan Macron nu wel de kop kosten.
- Wel moet opgemerkt worden dat deze situatie geen unicum is. Artikel 49.3 werd voor de honderdste keer geactiveerd sinds 1958, toen de vorige staatshervorming plaatsvond. 16 presidenten gebruikten de wet ooit, waaronder Macron’s voorgangers Nicolas Sarkozy en Francois Hollande. Ook zij kregen nadien moties van wantrouwen aangesmeerd door de oppositie.
- Wat wel vaststaat: Macron komt ongetwijfeld zwakker uit deze strijd.
Waar het om gaat: Fransen gaan langer moeten werken binnenkort. Dat zien ze niet zitten.
- Oorspronkelijk stelde de Franse president voor om de pensioenleeftijd van 62 jaar op te trekken naar 65. Na wekenlange protesten werd dit teruggebracht naar 64.
- Begin februari kondigde premier Elisabeth Borne nog enkele wijzigingen aan. Zo kunnen de Fransen die op 20 en 21-jarige leeftijd begonnen werken, al op 63 op pensioen kunnen gaan. Zij die voor hun 18 begonnen werken, kunnen al op 60 op pensioen; wie voor 20 jaar begon kan stoppen op 62-jarige leeftijd.
(ddw)