Komt energietransitie in gevaar door uit de pan vliegende metaalprijzen?

Om een netto-nuluitstoot (van CO2) te bereiken, zijn er heel wat grondstoffen nodig. De stijging van de vraag naar metalen voor componenten van hernieuwbare energie zoals windturbines of batterijen zal nog jaren blijven toenemen, schrijft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in een blog. De aanbodzijde reageert echter traag, waardoor de krapte op de markt pas na 2030 uiteindelijk zou afnemen.

De ‘Net Zero by 2050 Roadmap’ van het Internationaal Energieagentschap (IEA) impliceert een stijgende vraag naar metalen in het volgende decennium. Het verbruik van lithium en kobalt zou meer dan verzesvoudigen om te kunnen voldoen aan de behoefte aan batterijen en andere toepassingen van schone energie. Het gebruik van koper zou verdubbelen en dat van nikkel verviervoudigen.

Het IMF spreekt ook van een stevige toename van de prijzen van de metalen: “De explosieve vraag naar de vier energieovergangsmetalen zou de productiewaarde ervan verzesvoudigen tot 12,9 biljoen dollar in twee decennia”, klinkt het.

Aanbod reageert traag

De prijzen van die metalen hebben nu al een belangrijke postpandemische opleving gekend naarmate de economieën zich opnieuw openstelden. Die prijsstijgingen zullen minstens tot 2030 alleen maar blijven toenemen, zegt het IMF.

“De prijs van lithium, dat in accu’s voor elektrische voertuigen wordt gebruikt, zou kunnen stijgen van 6.000 dollar per ton in 2020 tot ongeveer 15.000 dollar per ton aan het eind van dit decennium. Ook de prijzen van kobalt en nikkel zouden de komende jaren een soortgelijke stijging te zien geven.”

Hoewel de vraag naar metalen stijgt, reageert het aanbod doorgaans traag op prijssignalen, deels afhankelijk van de productie. Koper, nikkel en kobalt komen uit mijnen, die intensieve investeringen vergen en gemiddeld meer dan tien jaar duren van ontdekking tot productie volgens het IEA.

Lithium daarentegen wordt vaak gewonnen uit zoutwater dat uit de ondergrond wordt opgepompt. Dat verkort de tijd tussen ontdekking en productie tot gemiddeld zo’n vijf jaar.

Metaalexporterende landen

Wie zal kunnen profiteren van de toenemende honger naar de metalen? Congo is bijvoorbeeld goed voor ongeveer 70 procent van de wereldwijde kobaltproductie en de helft van de reserves. Australië is sterk in de productie van lithium, kobalt en nikkel.

Maar ook Chili, Peru, Rusland, Indonesië en Zuid-Afrika zullen meer dan een graantje kunnen meepikken. Die laatste landen produceren grote hoeveelheden koper en lithium.

Volgens de ramingen van het IMF zou een aanhoudende stijging van de metaalprijsindex met 10 procent, twee derde procentpunt kunnen toevoegen aan de economische groei in metaalexporterende landen ten opzichte van importerende naties. Exporteurs zouden ook een vergelijkbare verbetering van de overheidsbegrotingen zien als gevolg van royalty’s of belastinginkomsten. (mah)

Meer