Kan de winkelstraat herleven na corona?

De coronacrisis slaat ontzettend hard toe in de retailsector. Winkels moeten verplicht sluiten en vallen volledig terug op hun online verkoop, maar de kosten blijven intussen oplopen. Dat leidt tot zware verliezen. Is het einde van de winkelstraat in zicht?

Sinds het ontstaan van internetverkoop staan fysieke winkels onder druk. De mens is een gemaksdier en dus bestelt hij liever schoenen terwijl hij in zijn zetel zit dan dat hij met de auto of de tram naar het centrum moet rijden.

Dat heeft de winkelstraat geen goed gedaan. Vandaag zijn er 10.000 fysieke winkels minder dan 10 jaar geleden, blijkt uit cijfers van het onderzoeksbureau Locatus. Dat is een daling met maar liefst 15 procent.

Bakstenen winkels zijn dus al even op hun retour en Covid-19 zal daar niet bij helpen. De winkels worden plots geconfronteerd met heel wat verloren kosten omdat ze verplicht moeten sluiten van de overheid. Modewinkels zitten opgescheept met hun lente- en zomercollectie en zullen die nu niet meer verkocht krijgen. En ook de kosten van huur en nutsvoorzieningen blijven doorlopen.

Uitdaging

Gaat de winkelstraat finaal kopje-onder aan deze crisis? ‘Nee’, zegt retailexpert Gino Van Ossel. ‘Maar het zal wel een extra uitdaging creëren.’ Van Ossel wijst erop dat het traditionele winkelpark sowieso al aan het verkleinen was en dat Covid-19 die beweging alleen maar zal versnellen, maar niet dodelijk zal zijn. ‘Uiteraard zijn mensen nu aangewezen op online verkoop en e-commerce zal hier zeker marktaandeel bij winnen. Maar wanneer iedereen weer buiten mag, zullen mensen opnieuw naar het centrum trekken om hun vrienden te ontmoeten en zullen zij opnieuw gewoon naar de kledingwinkel op de Meir gaan.’

Hij ontkent echter niet dat er winkels op de fles zullen gaan. ‘Wie niet gezond is, zal hier slecht uitkomen. Maar veel hangt ook af van de waarde van de producten. Een doe-het-zelfwinkel zal bijvoorbeeld sneller door de crisis geraken omdat mensen altijd wel gereedschap of lampen nodig hebben. En zijn tuingerief kan hij bijhouden tot volgend jaar. Voor een kledingwinkel wordt dat moeilijker. Die moet een volledig nieuwe seizoenscollectie kopen, terwijl zijn vorige collectie nog niet verkocht is, en dat vraagt veel extra kosten.’

Headsets en koelkasten

Maar e-commerce neemt ook niet plots alles over. Voor eten moet u nog naar buiten en verder wordt er bijzonder weinig gekocht. Meer mensen zitten thuis in tijdelijke werkloosheid, waarbij ze maar 70 procent van hun loon krijgen, en houden dus de vinger op de knip.

Alleen de broodnodige dingen worden nu gekocht. Elektronica doet het heel goed. Mensen kopen massaal headsets en koelkasten. De headsets om te bellen op afstand of gewoon om te gamen tegen de verveling, de koelkast om genoeg eten lange tijd te kunnen bewaren. Maar de rest blijft wat achter.

Waar retailers zeker niet op gerekend hadden, is de instorting van de tv-markt. Normaal gingen dit jaar de Olympische Spelen en het Europees kampioenschap voetbal door, maar die zijn afgeschaft. Sportzomers zijn altijd erg goed voor de televisieverkoop, maar nu zal die veel minder zijn. Zowel fabrikanten als winkels zitten dus met een overschot dat ze niet zo snel of zelfs nooit verkocht zullen krijgen.

Huur

De omzet van retailers zal dus niet meteen herleven wanneer alle coronamaatregelen worden opgeheven. Veel winkeliers kondigden al aan dat ze hun huur niet zullen betalen de komende maanden. ‘Als we geen inkomsten hebben, kunnen we ook geen huur betalen’, klonk het afgelopen week in De Tijd. Vastgoedbedrijven zijn daar echter niet zo voor te vinden.

Van Ossel begrijpt de frustratie van winkeliers en vraagt dan ook aan de overheid om in te grijpen. ‘Waarom laat die de huur van winkels niet tijdelijk opschorten? Het is toch niet zo gek om daarover na te denken als je bedrijven verplicht om te sluiten? Vastgoedbedrijven kunnen dat dan compenseren met extra kredieten, waar de overheid garant voor staat. Want als door deze crisis een hele hoop retailers failliet gaan, zit zowel onze economie als de vastgoedsector met een enorm probleem’, besluit hij.

Meer