Elf jaar na de kernramp van Fukushima gaan in Japan opnieuw meer stemmen op om een aantal kerncentrales te heropstarten. De Japanse economie, die weinig eigen krachtbronnen heeft, vreest immers door de oorlog in Oekraïne in bevoorradingsproblemen te komen. Bij de Japanse bevolking is echter weinig begrip voor een heropstart van de kernenergie.
Na de ramp met de kerncentrale van Fukushima in 2011, toen bijna 16.000 mensen als gevolg van een tsunami om het leven kwamen, werden wegens veiligheidsproblemen de meeste kerncentrales gesloten.
Schaarse energiebronnen
Voorstanders van kernenergie wijzen echter naar de nieuwe dreiging met stijgende energieprijzen door de inval van Rusland in Oekraïne, waardoor volgens hen moet worden gevreesd dat de Japanse energievoorziening in het gedrang zou kunnen komen. Een aantal Japanse zakenlui en politici zien in de heropstart van de kernenergie een instrument om die bevoorradingsproblemen op te lossen.
“De regering moet de kerncentrales snel opnieuw starten om een energiecrisis te vermijden”, merkte een parlementaire fractie van de regerende Liberaal-Democratische Partij (LDP) op. De regering van de Japanse premier Fumio Kishida hanteert echter een terughoudend standpunt. In juni zijn er immers parlementsverkiezingen gepland. Daarom blijft de regering bij zijn eerder standpunt dat veiligheidsoverwegingen essentieel zijn bij beslissingen om tot een eventuele heropstart van nucleaire installaties over te gaan.
Bij de Japanse bevolking is er echter weinig steun te vinden voor een heropstart. Japan heeft meer dan dertig kerncentrales, maar momenteel zijn slechts zes eenheden operationeel. Kerncentrales hadden twee jaar geleden een aandeel van 3,7 procent in het Japanse energieverbruik, tegenover 26 procent bij de start van het vorige decennium. Japan heeft echter weinig eigen energiebronnen en is vooral afhankelijk van import. Het land haalt onder meer petroleum en gas uit Rusland.
Hernieuwbare energie
De prijzen op de energiemarkt hebben het hoogste niveau in vele jaren bereikt. De geïndustrialiseerde landen van de Groep van Zeven (G7) zijn het eens dat het van cruciaal belang is om de energiebronnen te diversifiëren en de afhankelijkheid van Rusland te verminderen. Daarbij worden echter uiteenlopende oplossingen naar voor geschoven. Frankrijk heeft opnieuw meer kerncentrales op het oog, maar Duitsland weigert de levensduur van zijn nucleaire installaties te verlengen.
“Het is verkeerd om de stijgende energiekosten aan te grijpen als een motief om opnieuw op kernenergie over te schakelen”, zegt de Japanse activist Satoshi Tatara, een verwoed tegenstander van nucleaire energie. “Het probleem moet door investeringen in hernieuwbare energie worden opgelost.”
(am)