In het nieuws:  Terwijl Brussel, o.a. onder de impuls van de pandemie, steeds verder werk maakt van de integratie van digitale betalingen, zet de nieuwe Italiaanse regering haar hakken in het zand. 

• Dat is opmerkelijk, want eerdere machthebbers in Rome hoopten door de digitalisering van het betaalverkeer de wijdverbreide belastingontduiking in het land aan te pakken.
  • De Italiaanse schaduweconomie werd in 2019 dan ook geschat op ongeveer 183 miljard euro.

De cijfers: succesvol was Rome met dat voornemen niet echt:

• de Italiaanse consument rekent gemiddeld 85 keer per jaar met een betaalkaart af, tegen gemiddeld 156 keer voor de EU-consument.
• Maar wanneer Italianen hun betaalkaart bovenhalen rekenen ze gemiddeld 47,5 euro af, een van de hoogste gemiddelden in de EU.
• Grote bedrijven betalen doorgaans een vergoeding tussen 0,5 en 1,5 procent aan banken en betalingsaanbieders voor digitale transacties. Kleine bedrijven moeten vaak nog meer betalen. 
• Desondanks blijven de digitale betalingen in Italië toenemen. In het eerste semester van 2022 werd een groei van 22 procent opgemeten in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.

Brussel heeft nog niet gereageerd op de plannen. In de Financial Times zegt Antonella Trocino, van de Romeinse Luiss Universiteit, “dat wie nieuwe, moderne betaaldiensten wil ontwikkelen, niet anders kan dan de digitale snelweg te volgen”. “De oplossing voor de problematiek ligt dan ook niet in de herintroductie van cash geld, maar in goede afspraken met betrekking tot wie welke kosten draagt.”