Worden we nu slimmer of dommer dankzij artificiële intelligentie? Dit is de hamvraag nu deze revolutie zich alsmaar dieper in het weefsel van het bedrijfsleven en de maatschappij inbedt. Er is een titanische clash bezig tussen optimisten en pessimisten over de vraag of AI een positieve of negatieve impact zal hebben op onze intelligentie en ons leven. Één menselijke factor wijst alvast in één richting.
Oeps! deze cijfers zijn regelrecht dramatisch
Deze tabel zegt alles. Sinds de internationale studie PISA werd gelanceerd , hebben we een goed idee hoe het gesteld is met de vaardigheden van de 15-jarige studenten. The Program for International Student Assessment, PISA, doet elke 3 jaar testen op de leesvaardigheden, wiskunde- en wetenschapskennis van de schoolgaande jeugd in de hele wereld.
De resultaten zijn hallucinant. De vraag is nu of dit ooit nog kan keren.
Bron: The Economist 2023
Het is niet dat de overheidsinstanties nu bij de pakken blijven zitten. Dit jaar is er een kleine kentering merkbaar in ons eigen land, vooral bij de betere leerlingen. Toch kan je niet anders vaststellen dat een lichte stijging na een sterke daling van de laatste jaren nog altijd een forse daling is.
De hamvraag
Er zijn een aantal objectieve redenen aan te halen zoals het lerarentekort, het effect van covid of, waarschijnlijk de grootste, de influx van anderstaligen in ons onderwijs. Er zijn echter een aantal landen die voorlopig deze trend niet volgen, wat aangeeft dat ie niet onomkeerbaar is. Het kenmerk van deze maatschappijen? Het zijn landen zoals China, Japan en Singapore, waar de druk op de schoolgaande jeugd gigantisch is om te blijven presteren. De slechte evolutie in Europa vandaag is een gevolg van de kwalijke evolutie dat onze schoolsystemen de laatste jaren neigden naar het laagste gemiddelde om iedereen mee te trekken.
En daar wringt het schoentje. Kunnen we het nog opbrengen om extra intellectuele inspanningen te doen om, nu er een alternatief brein is die dat allemaal voor ons kan doen? Als we nu al zwaar zakken, wat zal dat dan zijn binnen 20 jaar, wetende dat AI nu letterlijk alles kan doen, van proefschriften schrijven tot coderen?
Het grote debat
Sinds de industriële revolutie bijna 300 jaar geleden, is de mensheid met rasse schreden naar voren geschoten dankzij technologische revoluties, uitvindingen en ontdekkingen zoals treinen, vliegtuigen, antibiotica, nieuwe energiebronnen, etc. In de 20ste eeuw na de 2de Wereldoorlog was de computer en vervolgens het internet een mijlpaal in de alsmaar snellere ontwikkeling van de mensheid.
Waarom zou AI niet diezelfde positieve evolutie kunnen hebben?
En hier ontploft vandaag het debat waar het schisma tussen techno-optimisten en techno-pessimisten alsmaar groter wordt.
Ditmaal is het anders, echt
Het fundamenteel verschil met deze revolutie versus alle vorige revoluties is natuurlijk evident. Artificiële intelligentie is exact wat het is. Terwijl alle vorige revoluties óf ons leven comfortabeler maakten óf ‘tools’ waren om ons vooruit te helpen, is AI letterlijk wat het is. We zijn vandaag voor 95% in een diensteneconomie terecht gekomen waar ons brein de basis is van onze toegevoegde waarde voor de maatschappij of voor het bedrijfsleven. Terwijl machines beter waren dan boeren om het land te bewerken, is er nu AI die beter de job van bedienden kan uitvoeren.
Reeds vandaag zal het heel complexe functies zoals de beoordeling wat de beste behandeling is voor longkanker beter uitvoeren dan een menselijke dokter.
Natuurlijk zal een AI chatbot je beter bedienen aan de telefoon dan een student of medewerker die misschien niet eens de taal die je spreekt machtig is. Als AI dokters kan vervangen waarom zou het dan geen leraars, scriptschrijvers of advocaten kunnen vervangen?
Er zijn een heel aantal uitvoerende jobs die wat breinmacht nodig hebben, die zo kunnen vervangen worden maar ook de meeste jobs, waar beslissingen en afwegingen de essentie uitmaken en waar de mens niet van feiten kan uitgaan maar van veronderstellingen, waarschijnlijkheden en statistische onzekerheden, zal altijd beter gedaan worden door AI, want ze kunnen nu eenmaal met veel meer parameters rekening houden. Opvallend is dat manuele jobs zoals bouwvakkers of huishoudjobs het minst bedreigd zijn.
De techno-optimisten argumenteren daartegen dat we wel meer tijd vrij hebben die we dan kunnen gebruiken om andere interessante ervaringen op te doen of te leren omgaan met dat machtige wapen.
Willen we wel?
De vraag is of we die meer tijd willen steken om onze job beter te doen of iets willen betekenen in de cruciale functies zoals opvoeding, maatschappelijk werk, of we zullen afgeleid worden door die technologie?
Er is immers één factor die zo menselijk is, dat ie al die positieve kansen wegveegt. We zijn meer dan ooit een entertainmenteconomie geworden waar iedereen bezig is met het scrollen naar nieuws, met het jagen naar ‘likes’, en levensjaren spendeert in het consumeren van video. AI is gewoon gemakkelijk en mensen neigen naar comfort. Geef de keuze tussen een vast loon zonder werk of hetzelfde loon met arbeid, is de keuze voor de meesten toch niet zo moeilijk te maken.
Er is misschien niets mis mee dat de wereld binnen 20 jaar zal worden gedomineerd door een paar Homo Dei, die de wereld voor ons beslissen, terwijl wij comfortabel in onze onwetendheid wentelen, maar er bestaat een absoluut reële kans dat de trend die PISA aangeeft dezelfde richting blijft uitgaan: naar beneden. Het zal een heroïsche inspanning vergen van studenten zelf, opvoeders , bedrijven en de maatschappij om tegen die trend te vechten, absoluut essentieel als we als mensheid niet willen verworden tot mensdom.
De auteur Xavier Verellen is auteur en ondernemer (www.qelviq.com)