De Zweedse autobouwer Volvo heeft de juiste keuze gemaakt door in zijn wagens twee jaar geleden een snelheidsbegrenzer te installeren. Dat heeft Håkan Samuelsson, vertrekkend topman van de constructeur, gezegd in een gesprek met het magazine Automotive News, waar hij een evaluatie maakte van zijn beleid de voorbije tien jaar.

“Ik ben er trots op van Volvo een wereldwijd bedrijf te hebben kunnen maken”, betoogde Samuelsson (70). “We zijn niet langer een onderneming die alleen in Zweden en België auto’s bouwt. Vandaag zijn we immers ook aanwezig in China en de Verenigde Staten.”

Snelheidslimiet

Samuelsson betoogde daarbij vooral tevreden te zijn dat Volvo erin geslaagd is om in de Verenigde Staten een productiesite op te zetten. De topman merkte daarbij op zelf bijzonder veel inspanningen te hebben gedaan om de uitbreiding naar de Amerikaanse markt mogelijk te maken.

Maar Samuelsson benadrukte ook fier te zijn op de snelheidslimiet die de Zweedse autobouwer in zijn wagens heeft geïnstalleerd. “Zelfs in Duitsland is Volvo met een snelheidsbegrenzer uitgerust. Onze auto’s rijden niet harder dan 180 kilometer per uur.”

“Toen we die maatregel bekend maakten, opperde bijna iedereen dat het management van Volvo gek was geworden. Er werd opgeworpen dat die ingreep de verkoop van het merk zou schaden. Het omgekeerde is echter gebleken. De maatregel heeft Volvo sterker gemaakt. We hebben een initiatief genomen dat van Volvo een veiliger auto heeft gemaakt.”

“Het heeft geen zin om een snelheid van 250 kilometer per uur mogelijk te maken indien 180 kilometer per uur meer dan genoeg is”, wierp Samuelsson nogmaals op. “Dit toont aan dat het niet altijd noodzakelijk is om de toestemming te vragen om een cruciale ingreep te doen. Soms moet men gewoon de durf hebben om een beslissing door te drukken, zonder zich zorgen te maken over de mogelijke gevolgen.”

Lessen

Daarnaast merkte Samuelsson ook op verheugd te zijn dat Volvo, als onderdeel van de Chinese groep Geely, met een internationale eigendomsstructuur op de beurs is genoteerd. De vertrekkende topman stelde verder tijdens zijn periode aan het hoofd van Volvo ook een aantal belangrijke lessen te hebben geleerd.

“Volvo schenkt, onder invloed van de chipcrisis en de coronapandemie, een grotere aandacht aan de aanvoer van componenten”, benadrukte hij. “Het is immers niet gezond gebleken om volledig en blindelings op leveranciers te vertrouwen.”

Verder wierp Samuelsson op dat er ook meer aandacht voor lokale productie moet worden gekoesterd. “Die structuur kan in moeilijke tijden anders reageren”, verduidelijkte hij.

“Uiteindelijk zou dit alles leiden tot meer verticale bedrijven, waarbij de fabrikanten dichter bij de productieketen worden betrokken, zodat de aanvoer beter kan worden beheerst. Een voorbeeld daarvan zijn de batterijen, een activiteit waarbij steeds meer vaardigheden worden vereist.”

Håkan Samuelsson legt eind deze maand zijn functie als topman van Volvo neer. Hij zal worden opgevolgd door Jim Rowan, een voormalig topman van Dyson, dat vooral bekend werd als fabrikant van innovatieve stofzuigers. Samuelsson blijft wel bestuurder bij Polestar, het zustermerk van Volvo dat zich op elektrische mobiliteit toespitst.