Elektriciteit is 17,4 procent en aardgas is maar liefst 49,4 procent duurder dan een jaar geleden. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van Statbel. Dat stuwt de inflatie verder omhoog tot 2,73 procent, tegenover 2,27 procent in juli en 1,63 procent in juni.
De toename in inflatie is voornamelijk te wijten aan de sterk stijgende inflatie voor energie.
Aardgas en elektriciteit werden deze maand respectievelijk gemiddeld 6,9 procent en 2,6 procent duurder. De prijzen voor aardgas en elektriciteit liggen nu boven hun piek van eind 2018. Voor elektriciteit liggen de prijzen zelfs op het hoogste niveau ooit.
Spilindex overschreden
De inflatie van de gezondheidsindex stijgt van 1,83 procent in juli naar 2,30 procent. De afgevlakte gezondheidsindex (de basis voor de indexering van pensioenen, sociale uitkeringen en sommige lonen en wedden) bedraagt in augustus 109,57 punten.
De spilindex voor het openbare ambt en de sociale uitkeringen, die vastgelegd is op 109,34 punten, werd hierbij overschreden. Daarom verhoogt de overheid de sociale uitkeringen en de pensioenen in september met 2 procent. De lonen in de openbare sector volgen in oktober, aldus Statbel.
De inflatie voor voedingsmiddelen en niet-alcoholische dranken blijft negatief op -0,34 procent. Vers fruit en aardappelen zijn 5 procent goedkoper geworden, maar ook televisies (-10 procent) en smartphones (-5 procent) werden relatief goedkoper.
Lees ook:
- Vraag naar elektriciteit groeit sneller dan hernieuwbare energiebronnen, waarschuwt IEA
- Prijzen van thermische kolen stijgen naarmate de vraag naar elektriciteit toeneemt
(bzg)