In New York leven de bankiers het langst

In New York kan tussen de armste en rijkste bevolkingsgroepen een verschil van elf jaar in levensverwachting worden opgetekend. Dat is de conclusie van een onderzoek op basis van officiële cijfers van het stadsbestuur van New York. De hoogste levensverwachting werd opgetekend in het financiële centrum van Lower Manhattan, terwijl de laagste cijfers worden geregistreerd in de verpauperde wijk Brownsville in Brooklyn.

De resultaten van de studie tonen volgens de onderzoekers echter ook aan dat gezondheid niet alleen met de individuele biologie te maken heeft, maar ook met de mogelijkheden om een gezond leven te leiden.

Brownsville, waar de Afro-Amerikaanse populatie 76 procent van de totale bevolking vertegenwoordigt, werd een gemiddelde levensverwachting van 74,1 jaar opgetekend. Brownsville is één van de armste wijken van Brooklyn en heeft volgens het onderzoek de laagste levensverwachting van de hele stad. De wijk telt ongeveer 86.500 inwoners.

Meer dan een kwart van de volwassen bevolking van Brownsville beschikt niet over een diploma middelbaar onderwijs. Bijna 40 procent van de totale bevolking van de wijk leeft onder de nationale armoedegrens. Ook blijkt 1,72 procent van de populatie voor een behandeling in een psychiatrische instelling te zijn opgenomen, tegenover een gemiddelde van 0,68 procent voor de hele stad.

Zes mijl

In het financiële district van Lower Manhattan, waar ook Wall Street is gevestigd, kon daarentegen de hoogste levensverwachting opgetekend. Inwoners van die wijk kunnen er immers op rekenen gemiddeld 85,4 jaar oud te worden. Tussen het financiële district van Manhattan en Brownsville ligt nochtans slechts een afstand van amper zes mijl.

“Er kan in New York in het algemeen een verbetering van de gezondheid worden gemeld,” zegt Mary Bassett, gezondheidscommissaris van de Amerikaanse stad. “Tegelijkertijd moet echter worden vastgesteld dat de gezondheidsprofielen van de verschillende community’s in de stad grote afwijkingen kunnen vertonen.”

“Helaas blijkt dat de kwaliteit van de gezondheid vaak moet worden gekoppeld aan materiële slagkracht en etnische afkomst,” zegt Bassett.

De gezondheidscommissaris voegt er aan toe dat het vroegtijdig overlijden van de inwoners van Brownsville niet te wijten is aan ongewone oorzaken, maar dient wel vastgesteld te worden dat de bevolking op jongere leeftijd en in grotere aantallen het slachtoffer wordt van algemeen gekende aandoeningen zoals kanker of cardiovasculaire aandoeningen.

Bassett wijst er nog op dat de gezondheidskloof de voorbije jaren nog verder is toegenomen. Bij het begin van deze eeuw bedroeg het verschil in levensverwachting in de stad immers slechts acht jaar. (mah)

Meer