In Hongkong is het uitkijken naar alweer een weekend met betogingen. Vrijdag vormen betogers een menselijke ketting aan metrostations, zondag staat er een mars voor de democratie op de agenda.

Twee weken geleden trok Carrie Lam, leider van Hongkong, de uitleveringswet met China in. Die beruchte wet betekende de start van de manifestaties, maar sindsdien is de rust nog niet wedergekeerd in de semi-autonome regio. Integendeel, het protest is uitgegroeid tot een eis naar democratische hervormingen. Woensdag slaagde Lam er niet in om haar jaarlijkse beleidsverklaring live in de Wetgevende Raad te houden.

Hoewel het de afgelopen dagen relatief kalm bleef op straat, zal het dit weekend hoogstwaarschijnlijk opnieuw druk worden. Woensdagavond, na de speech van Lam, werd Jimmy Sham, de leider van de protestbeweging, aangevallen met hamers. Volgens oppositieleden is de aanval een manier om manifestanten te intimideren.

De mars op zondag is een organisatie van het Civil Human Rights Front, de beweging van Sham. Er is geen toelating van de politie voor dat evenement, maar dat heeft de betogers in het verleden nooit tegengehouden. Ze blijven demonstreren tot hun eisen ingewilligd worden. Ook moet Carrie Lam – volgens de betogers ‘de handpop van Peking’ – opstappen.