Twee weken na de publicatie van de visienota van professor fiscaal recht Mark Delanote (UGent) en zijn team heeft Vincent Van Peteghem (CD&V), minister van Financiën, zijn blauwdruk voor een fiscale hervorming op tafel gelegd. Wat zijn zijn plannen?
Delanote en zijn team van experts hebben twee weken geleden een visienota die de basis moet vormen voor de blauwdruk van een fiscale hervorming, voorgesteld. Daarin stonden heel wat hervormingsvoorstellen, zoals de introductie van een uniek belastingstelsel voor alle vermogensinkomsten en een hervorming van de tweede en derde pensioenpijler. Op basis van die tekst heeft Van Peteghem nu zijn eigen blauwdruk voor een fiscale hervorming uitgewerkt.
Dual income tax
Om te beginnen wil de minister werk maken van een zogenaamde dual income tax. Daarbij wordt er een onderscheid gemaakt tussen inkomsten uit arbeid en vermogenswinsten. Die eerste categorie wordt progressief belast en bij de tweede categorie wordt er gewerkt met een vast tarief.
Van Peteghem streeft naar een verlaging van de lasten op arbeid met 10 miljard euro. Hij wil dat doen door de belastingvrije som te verhogen van 9.270 euro naar 13.390 euro, het niveau van het leefloon voor een alleenstaande. Hij voorziet ook in een belastingvrije som van 6.000 euro per jaar voor wie bijklust naast een reguliere job. Ook is hij voorstander van de afschaffing van de bijzondere bijdrage op de sociale zekerheid en uitbreiding van de werkbonus.
Daarnaast ligt er een hervorming van de belastingtarieven op tafel. Bedoeling is om de bestaande tarieven van 40, 45 en 50 procent te verlagen naar 35, 40 en 45 procent. Daar staat wel een nieuwe belastingschijf van 50 procent voor inkomsten vanaf 84.740 euro tegenover. “Dat is dubbel zo hoog als het bedrag van de hoogste schijf vandaag”, aldus de minister. “Met dat tarief van 50 procent voor de hoogste inkomens versterken we de progressiviteit van de personenbelasting.”
Vermogensinkomsten belasten
Net zoals er in de visienota van Delanote staat, wil de minister alle vermogensinkomsten belasten, dus ook de spaaropbrengsten. “Op die manier zorgen we voor een evenwichtige en rechtvaardige behandeling van alle vermogensinkomsten, en komen we tot een eerlijk evenwicht in de behandeling van arbeids- en vermogensinkomsten”, merkt hij op.
Daar staat wel tegenover dat de fiscus de eerste 6.000 euro aan vermogensinkomsten (per jaar) niet zal belasten. “Door een bedrag aan inkomsten uit sparen, beleggen en investeren fiscaal vrij te stellen, zorgen we ervoor dat de kleine spaarder, belegger of investeerder niet wordt geraakt en dat iedereen vermogen kan opbouwen”, klinkt het.
De minister wil overigens de roerende voorheffing verlagen van 30 naar 25 procent. Hij heeft ook een meerwaardebelasting opgenomen in de blauwdruk. Bedoeling is om de gerealiseerde meerwaarden op aandelen, obligaties en andere financiële producten te belasten tegen 15 procent. “Dat moet niet roekeloos gebeuren, maar met oog voor eventuele kosten en minwaarden en met respect voor verworven rechten”, voegt Van Peteghem er wel aan toe.
Werkelijke huurinkomsten belasten
Voorts wil de minister de werkelijke huuinkomsten belasten. Hij geeft daarbij de voorkeur aan een tarief van 25 procent. Daarbij geldt een jaarlijks aangepast “vermoed rendement” als minimale belastbare grondslag. “Met het evenredige tarief van 25 procent, een eenvoudige forfaitaire onkostenaftrek van 30 procent en de voetvrijstelling van 6.000 euro, zorgen we ervoor dat de kleine investeerder niet wordt geraakt”, aldus Van Peteghem.
De vervuiler betaalt
In het voorstel van Van Peteghem wordt er ook gewag gemaakt van een verschuiving van lasten op arbeid naar lasten op vervuiling. Hij wil dat bereiken door onder meer gradueel een CO2-heffing in te voeren voor de domeinen die niet onder het Europees emissiehandelssysteem vallen.
Door de introductie van een 0%-tarief voor groenten, fruit, medische verzorging, noodzakelijke hygiëneproducten en openbaar vervoer wil hij ons dan weer aanzetten om gezonder en milieubewuster te leven.
Minder codes in de belastingaangifte
De belastingbrief telde dit jaar maar liefst 839 codes. De minister wil daar komaf mee maken en het aantal codes drastisch verminderen. De ambitie is om 1 op de 4 codes te schrappen. De Hoge Raad van Financiën merkte eerder al op dat de meeste belastinguitgaven door minder dan 0,01 procent van de belastingplichtigen worden gebruikt.
(lb)