De Amerikaanse sociale mediagigant heeft een rechtszaak aangespannen tegen Europese regulatoren wegens ‘buitensporige verzoeken om gegevens’ tijdens hun onderzoek in mededingingszaken. 

In 2019 stelde de concurrentiewaakhond van de EU twee onderzoeken in tegen Facebook. Het eerste ging over de manier waarop het sociale medium geld verdient door gebruik te maken van de enorme hoeveelheden gegevens waarover het beschikt. Het tweede kijkt naar de activiteit van Facebook op de online verkooprubriek Marketplace. EU-regelgevers proberen erachter te komen of het sociale netwerk zich bezighoudt met oneerlijke concurrentie in de advertenties.

Gevraagde data is niet relevant

Op verzoek van de Europese Commissie leverde Facebook daarom 315.000 documenten in, waaronder interne e-mails. De commissie vroeg daarna om extra informatie te verstrekken op basis van enkele zoekwoorden. Die informatie vond Facebook echter ‘niet relevant’, aangezien de zoekcriteria volgens het sociale netwerk ‘veel te ruim zijn opgevat’. 

Het bedrijf besloot daarom een ​​klacht in te dienen tegen de EU. Een welingelichte bron vertelde aan persagentschap Euractiv ‘dat als Facebook zou instemmen met de vooropgestelde zoekcriteria, het nog honderdduizenden documenten zou moeten inleveren. Daardoor zou volgens de Amerikaanse techreus persoonlijke informatie van zijn personeel op straat komen te liggen. Volgens het bedrijf gaat het om informatie die totaal niet relevant is voor het onderzoek.

Het verzoek van de commissie zou ook gevoelige informatie kunnen blootleggen, zoals medische dossiers van werknemers, maar ook gegevens over investeringen en specifieke verzekeringen. Dat zou volgens de aanklacht niet gunstig zijn voor het huidige onderzoek. 

‘Data room’

Facebook was wel bereid om de gevraagde informatie te verstrekken, maar enkel via een zogeheten ‘data room’. Dat is een veilige virtuele omgeving waar de gegevens kunnen worden geraadpleegd, maar onmogelijk gekopieerd kunnen worden, of opgeslagen door derden. Twee bronnen bevestigden aan Euractiv dat de commissie dit voorstel zou hebben afgewezen omdat ze kopieën van de documenten wou bemachtigen. 

Daarop vocht Facebook het verzoek van de commissie aan. Op 15 juli diende het een klacht in bij het Europees Hof van Justitie. Volgens de aanklacht overschrijdt het verzoek het mandaat van het mededingingsonderzoek. 

De Europese Commissie liet weten dat het ‘de zaak voor de rechtbank zal verdedigen’, en dat ‘het onderzoek naar potentieel concurrentieverstorend gedrag van Facebook blijft lopen’.