In de post-brexitovereenkomst – hoe die er ook zal uitzien – wil de Europese Unie het Verenigd Koninkrijk boetes opleggen als het land de afspraken zou schenden. Dat blijkt uit nieuwe documenten.
Over een tiental dagen, op 31 januari, stapt het Verenigd Koninkrijk officieel uit de Europese Unie. Daarna start een transitieperiode van elf maanden waarin de twee partijen tot een nieuwe handelsovereenkomst moeten komen. Sowieso blijft het Verenigd Koninkrijk tot eind 2020 onderhevig aan de Europese regels, in afwachting van die nieuwe afspraken.
‘Geen afstemming’
Hoewel de Europese Unie al meermaals stelde dat die transitieperiode te kort is, houdt de Britse premier Boris Johnson voet bij stuk: een verlenging komt er niet. Bovendien heeft de Britse regering, bij monde van minister van Financiën Sajid Javid, al een paar keer duidelijk gemaakt dat het Verenigd Koninkrijk op veel punten wil afwijken van de Europese regelgeving.
‘Er komt geen afstemming. We gaan geen deel uitmaken van de interne markt en we gaan niet in de douane-unie zitten’, zei Javid tijdens een interview met zakenkrant Financial Times. Nochtans vindt de Europese Unie het belangrijk om een akkoord te hebben, gaande van financiële diensten tot gegevensbescherming.
Boetes voor inbreuken
De Europese Unie benadrukt ook dat de Britten de standaarden rond milieu, arbeidsrechten, concurrentie en staatssteun moeten aanhouden. Zo blijven de bedrijven gespaard van ingewikkelde procedures en handelsbelemmeringen. De autosector liet bijvoorbeeld al weten dat grote verschillen in regelgeving miljarden zullen kosten.
Brussel geeft nu aan dat een arbitrage-instelling toekomstige geschillen tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk zal moeten beslechten. Uit documenten die persagentschap Bloomberg kon inkijken, blijkt dat die instelling ook boetes of forfaitaire bedragen zal kunnen opleggen.
