De Europese energiecrisis kan in het ergste geval de lokale autoproductie tot eind volgend jaar met bijna 40 procent – of meer dan één miljoen voertuigen – per kwartaal verlagen. Dat staat in een rapport van consultant S&P Global Mobility. De overlevingskansen van een aantal toeleveranciers zouden in het gedrang kunnen komen.

“De toeleveringsketen van de auto-industrie – die al gebukt gaat onder de uitbraak van de coronapandemie en de Russische invasie in Oekraïne – kan door energiekosten of mogelijke stroomonderbrekingen zwaar onder druk komen”, voeren de onderzoekers aan.

Energiekosten

“Nu de energieprijzen in Europa de pan uit rijzen, zou een strenge winter in bepaalde automobielsectoren tot het risico kunnen leiden dat de productielijnen niet langer meer op gang gehouden zouden kunnen worden”, luidt de waarschuwing van het rapport.

Volgens S&P Global Mobility zijn de kosten voor gas en elektriciteit bij de autoproductie al opgelopen tot een bedrag tussen 687 euro en 773 euro per wagen. Voor de uitbraak van de energiecrisis was er sprake van een kostprijs van 50 euro.

S&P Global Mobility had eerder voorspeld dat de Europese autosector tot eind volgend jaar een gemiddelde kwartaalproductie tussen 4 miljoen en 4,5 miljoen wagens zou kennen. “Maar met de potentiële productiebeperkingen zal dat mogelijk tot een volume tussen 2,75 miljoen en 3 miljoen eenheden worden teruggebracht”, waarschuwde het rapport.

“Aangezien de Europese leveranciers van onderdelen over de hele wereld exporteren, kunnen echter eventueel alle autofabrikanten, ook op andere continenten, door die problemen op een of andere manier worden getroffen.”

Incidenten

Edwin Pope, analist bij S&P Global Mobility, wees er nog op dat de analyse werd uitgevoerd voor de problemen met de Nordstream-pijpleidingen werden gemeld. “Dergelijke gebeurtenissen zullen de verwachte productie mogelijk verder doen dalen, vooral wanneer rekening wordt gehouden met de lange periodes die voor de herstellingen van de infrastructuur moeten worden voorzien.”

De analisten stelden wel dat de impact niet in alle Europese landen even groot is. “De grote autofabrikant Duitsland is weliswaar afhankelijk van Russisch gas en bouwt zijn kernenergie geleidelijk af, maar beschikt over meer budgettaire ruimte dan sommige andere naties – waaronder Italië – om de energiecrisis op te vangen”, benadrukten ze.

Pope wierp nog op dat de auto-industrie zich misschien wel door de eerstvolgende winter zou kunnen worstelen, maar indien Europa geen plan heeft voor de daaropvolgende winter, zouden volgens hem mogelijk de overlevingskansen van heel wat leveranciers onder bijzonder grote druk kunnen komen.

“Er moet worden gevreesd dat vooral een aantal bijzonder gespecialiseerde bedrijven – die mogelijk een relatief beperkte omvang hebben – een faillissement uiteindelijk niet meer zou kunnen vermijden of zou beslissen de activiteiten stop te zetten”, waarschuwde hij.

(wb)