Veertien procent van de werknemers in de privésector, ongeveer één op de zeven, was in november minstens één dag tijdelijk werkloos.
Het aantal dagen tijdelijke werkloosheid (5,3 procent) lag dubbel zo hoog als in oktober, maar bedroeg slechts een vierde van het dieptepunt van de coronacrisis in april. Dat blijkt vrijdag uit cijfers van sociaal secretariaat SD Worx.
Vooral arbeiders getroffen
Arbeiders waren in november het zwaarst getroffen met 7,1 dagen tijdelijke werkloosheid op 100 theoretisch te werken dagen, in vergelijking met 4,6 procent in oktober. Bij bedienden steeg dat cijfer van 1,8 naar 4,5 procent.
‘Het aandeel tijdelijke werkloosheid in november is een kwart van dat van april’, zegt Jean-Luc Vannieuwenhuyse van het kenniscentrum van SD Worx. ‘Veel bedrijven hebben zich in de tweede golf dan ook anders georganiseerd, met een ander aanbod of andere verkoopkanalen. De grootste klappen zijn voor de kappers en de de schoonheidszorgen (79,8 procent tijdelijke werkloosheid) en de verkopers in niet-essentiële winkels. Ook de podiumkunsten en de luchtvaartsector hebben het nog steeds zwaar.’
Schoolvakantie
Omdat de maand november startte met twee weken schoolvakantie, komt het aandeel vakantie op 10,3 procent. Het (kortdurend) ziekteverzuim blijft beperkt tot 2,3 procent, 15 procent lager dan in november vorig jaar.
SD Worx berekende de cijfers aan de hand van de meest recente loongegevens van 70.000 werkgevers en bijna 1 miljoen Belgische werknemers in de privésector.
Lees ook: