Het monetair beleid is al lang geen bevoegdheid meer van het eigen land, maar van de Europese Centrale Bank. En die heeft ons in totaal onbekende wateren gebracht, met een zeer agressieve politiek van zogenaamde ‘quantitative easing‘: het massaal bijdrukken van geld, om daarmee staatspapier op te kopen en zo de rente te drukken.
- Die politiek heeft als voordeel dat we niet op korte termijn in woelig, onstabiel water komen. Maar op lange termijn zijn de gevolgen gevaarlijk: de Europese economie dreigt net als Japan in de jaren 90 in een soort zombietoestand terecht te komen.
- Komt daarbij dat de Europese Commissie massaal is uitgerukt met een reddingspakket van 750 miljard euro. Dat dit, bijna in alle stilte, gebeurde door de schulden ‘gemeenschappelijk‘ te maken, is misschien wel de grootste revolutie van 2020, en een forse stap richting een ‘ever closer union‘.
- Maar beide maatregelen werken bedrieglijk voor het Belgisch beleidswerk: een begroting opstellen is een makkie, zonder rentedruk, zonder EU-regels, en met de sluizen van spenderen open. De vraag is wie op lange termijn de zaak betaalt, om weer een evenwicht te krijgen.
- Overigens zijn alle beleidsniveaus daar schuldig aan: er kon in 2020 haast geen dag voorbijgaan of de Vlaamse regering vond wel ergens nog een nieuwe subsidie of maatregelen om geld aan uit te geven. Ondertussen besteedt België samen liefst 3,4 procent van haar bbp aan subsidies.
- Bovendien zijn er een aantal grote structurele uitgaven in de sociale zekerheid bijgekomen, zonder dat die al deftig gefinancierd zijn.
- In het federale en Vlaamse regeerakkoord staan ondertussen doelstellingen als zou België naar een werkzaamheidsgraad van 80 procent moeten gaan: een complete utopie, waar men ver van af zit. Zeker als men weet dat in 2020 grote delen van de beroepsbevolking maandenlang op technische werkloosheid zaten, wegens corona. De kans wordt groot dat die in 2021 eindigen zonder baan, eens de maatregelen aflopen.
- ‘7 op tien Belgen voelt de crisis niet‘, kraaide de Nationale Bank euforisch, eind 2020. Nooit eerder spaarden de Belgen zoveel bijeen, 22 miljard, die niet in consumptie ging. Maar dat soort berichten is compleet misplaatst ten opzichte van de 30 procent die wel bloedt, en wijst vooral op de al erg hoge percentages van de beroepsbevolking waarvan het loon gewoon door de staat betaald wordt.
- Het punt waarop tot 70 procent van de bevolking uiteindelijk afhangt van de overheid voor z’n inkomen, zoals in Wallonië in sommige regio’s al langer het geval is, is niet meer zo ver af.