Duitse rechters wijzen ’te voortvarende’ ECB terecht

Het Duitse Grondwettelijk Hof oordeelt dat de massale aankoop van obligaties door de Europese Centrale Bank ‘niet altijd proportioneel’ was. De ECB krijgt van het Hof drie maanden de tijd om zich te verantwoorden rond het programma.

De rechters in Karlsruhe kondigden dinsdag hun beslissing aan na jaren van debatteren over de rol van de centrale bank van de eurozone. Zeven van de acht rechters oordeelden dat bepaalde elementen uit het programma niet sporen met de Europese verdragen. Voor alle duidelijkheid: het arrest heeft geen betrekking op de huidige ECB-steun in het kader van de coronacrisis.

De Duitse rechters zeggen dat het opkoopprogramma van de ECB op zichzelf niet ongrondwettelijk is. Maar de centrale bank voor de eurozone heeft op bepaalde punten niet duidelijk gemaakt of bepaalde nadelen van het beleid wel in verhouding staan tot de voordelen, terwijl dat wel zou moeten. Zo wijzen tegenstanders van het ECB-beleid op lage rentes en het gebrek aan begrotingsdiscipline in bepaalde eurolanden door het opkoopprogramma.

Bundesbank

De rechters geven de ECB nu drie maanden de tijd om de gebreken uit het programma recht te zetten. Als ze niet kan verantwoorden dat het programma proportioneel is, mag de Bundesbank, zeg maar de Duitse Nationale Bank, niet meer meedoen met het programma.

Het Grondwettelijk Hof in Duitsland boog zich over de kwestie na een klacht van verschillende Duitse politici en universitairen. Het ECB-opkoopprogramma, dat de economie een boost moest geven, startte in 2015. Op het hoogtepunt kocht de ECB maandelijks 60 miljard euro aan schuldpapier op. Het programma werd vorig jaar nieuw leven ingeblazen, in de laatste weken van Mario Draghi als ECB-voorzitter. Die controversiële beslissing zorgde voor spanningen binnen de raad van bestuur van de ECB.

Lees ook: Schreef Draghi het ECB-beleid op maat van Italië?

Meer