De Zuid-Koreaanse president Moon Jae-in dringt in zijn laatste maanden in functie aan op een diplomatieke doorbraak met Noord-Korea. Dat terwijl de Noord-Koreaanse leider Kim Jong Un afgelopen week heeft beloofd om zijn militaire capaciteit verder te versterken.

Moon Jae-in zei maandag tijdens een nieuwjaarstoespraak dat hij zijn “inspanningen om een duurzame vrede te institutionaliseren”, niet zal stopzetten.

“De regering zal de normalisering van de inter-Koreaanse betrekkingen en een onomkeerbare weg naar vrede tot het einde toe nastreven. Ik hoop dat de inspanningen voor de dialoog ook in de volgende regering zullen worden voortgezet.”

Kernwapens

Toch lijken de relaties tussen de twee landen allesbehalve rooskleurig. De Noord-Koreaanse president Kim Jong Un laat zijn strijdvaardig imago niet meteen vallen. “De steeds instabieler wordende militaire situatie op het Koreaanse schiereiland en de internationale politiek hebben ertoe geleid dat we onze nationale defensieplannen zonder uitstel moeten doorvoeren”, zo citeerde het officiële Koreaanse Centrale Persagentschap (KCNA) de opperste leider.

Kim gaf opdracht tot de productie van krachtige, moderne wapensystemen om zijn strijdkrachten te verbeteren en riep op tot de “absolute loyaliteit en trouw” van de militairen aan de door hem geleide regeringspartij, aldus KCNA.

Leif-Eric Easley, universitair hoofddocent internationale studies aan de Ewha Womans Universiteit in Seoel, twijfelt aan de mogelijkheid van Moon om zijn doel te kunnen bereiken.

“Moon Jae-in wil de inter-Koreaanse betrekkingen institutionaliseren, zodat een escalatie van het conflict kan worden voorkomen en de vooruitgang naar vrede moeilijk terug te draaien wordt”, zei Easley aan Al Jazeera. “Maar Kim is al teruggekomen op bestaande afspraken en zal niet veel bieden voor de erfenis van Moon, tenzij Pyongyang een manier vindt om een wig te drijven tussen Seoul en Washington of een dringende noodzaak ziet om zich te bemoeien met de verkiezingen van Zuid-Korea in maart 2022.”

De twee presidenten hielden al verschillende topontmoetingen, waaronder een in Pyongyang, tijdens een vlaag van onderhandelingen in 2018 en 2019. Maar dat proces haperde door meningsverschillen over onder andere internationale eisen dat het Noord-Korea zijn arsenaal aan kernwapens inlevert.

Economische klappen

De economie van Noord-Korea heeft de afgelopen twee jaar grote klappen gekregen als gevolg van door de coronapandemie veroorzaakte grenssluitingen, aanhoudende sancties van de Verenigde Naties en de gevolgen van natuurrampen.

Tijdens een partijcongres in januari vorig jaar gaf Kim toe dat zijn eerdere economische ontwikkelingsplannen waren mislukt en zei hij dat zijn land “de ergste situatie ooit” doormaakte.

Volgens Zuid-Koreaanse schattingen is de handel van Noord-Korea met zijn grootste handelspartner en economische pijplijn China in 2020 met ongeveer 80 procent gekrompen. In 2020 zou de economie van Noord-Korea bovendien het sterkst gekrompen zijn sinds 1997, terwijl ook de graanproductie is gedaald tot het laagste niveau sinds Kim in 2011 aan de macht kwam.