Denemarken heeft vorig jaar bijna de helft van zijn elektriciteit uit windenergie gehaald. Daarmee is een nieuw record gevestigd. Dat heeft Energinet, de beheerder van het Deense elektriciteitsnet, gemeld.

Het nieuwe record is volgens het bedrijf vooral te danken aan sterke kostenreducties en een verbeterde offshore technologie.

Wereldleider

Energinet meldde dat windkracht het voorbije jaar 47 procent van het Deense elektriciteitsverbruik heeft gedekt. Dat is een duidelijk toename tegenover het jaar voordien, toen een aandeel van 41 procent werd opgetekend.

Het vorig record dateert van drie jaar geleden, toen windturbines verantwoordelijk waren voor 43 procent van de Deense elektriciteitsvoorziening.

‘Europese landen zijn wereldleiders in het gebruik van windenergie,’ benadrukt het persbureau Reuters. ‘Denemarken laat echter alle andere landen ver achter zich.’

Uit cijfers van de sectororganisatie WindEurope blijkt immers dat Ierland twee jaar geleden op de tweede plaats stond met een score van 28 procent. In de hele Europese Unie vertegenwoordigde windkracht vorig jaar 14 procent van de totale elektriciteitsconsumptie.

De toename aan windenergie in Denemarken vorig jaar was gedeeltelijk te danken aan de start van het Horns Rev 3 offshore windmolenpark van Vattenfall in de Noordzee, dat in augustus zijn operaties startte.

Het aandeel van offshore windenergie in de Deense elektriciteitsvoorziening steeg daarmee op één jaar van 14 procent naar 18 procent. Onshore windenergie had op de Deense stroommarkt vorig jaar een aandeel van 29 procent.

Gunstig

Denemarken wil de uitstoot van broeikasgassen in tien jaar tijd met 70 procent verminderen. Het land wil zo snel mogelijk zijn elektriciteit voor 100 procent uit hernieuwbare bronnen halen.

Denemarken is de thuisbasis van Vestas, een vooraanstaand fabrikant van windturbines. Ook Ørsted, het voormalige Dong Energy en de grootste ontwikkelaar van offshore windmolenparken, heeft de Deense nationaliteit.

Denemarken kan profiteren van gunstige windomstandigheden. Het land begon al in de jaren zeventig van de voorbije eeuw met intensieve investeringen in windkracht.