Vorige week vond in Brest in Frankrijk de One Ocean Summit plaats, waarbij twintig staatsleiders een oplossing zochten voor het plasticprobleem in de oceanen. Die oplossing kwam er in de vorm van een cheque van vier miljard euro, bedoeld om een initiatief op poten te zetten dat de internationale wateren opruimt.

Die internationale wateren vormen namelijk het echte probleem: elk land heeft een eigen exclusief economische zone (EEZ) op zee, waarvoor ze zelf bevoegd zijn om het op te ruimen. In internationale wateren gelden zulke afspraken niet. Net dat werd op de One Ocean Summit besproken.

Geld en coalities

In totaal wordt tegen 2025 vier miljard euro vrijgemaakt door de Franse, Duitse en Spaanse nationale banken en de Europese Investeringsbank. Ook wordt een wereldwijd samenwerkingsakkoord gelanceerd, met 27 EU- en 16 niet-EU-landen. Die coalitie moet afspraken maken over het duurzaam gebruik van de zee en de bescherming van de biodiversiteit.

Al veertien landen hebben aangekondigd maatregelen te nemen tegen de illegale visvangst, waarbij in havens zal worden gecontroleerd en de marine op zee wordt ingezet om een oogje in het zeil te houden. Daarnaast werd op de conferentie in Brest ook gesproken over het gevecht tegen klimaatverandering.

Zo kwamen al 22 scheepsrederijen overeen concrete maatregelen te nemen om het ecosysteem onder water beter te beschermen, en de emissie van broeikasgassen, onderwatergeluid en olielekkages een halt toe te roepen. Nog 35 andere actoren, onder meer 18 Europese havens, beloofden ook hun steun in de strijd tegen vervuiling.

De Franse president Emmanuel Macron, ook aanwezig op de conferentie, gaf alvast een goed voorbeeld. Hij kondigde aan dat Frankrijk het natuurreservaat van de Franse Zuidelijke en Antarctische eilanden zou uitbreiden naar de Crozet- en Kerguelen-archipelago, en de eilanden Saint-Paul en Amsterdam. Dat wordt het tweede grootste beschermde natuurgebied op zee.

(evb)