Het Hongaarse Parlement heeft het project dat de hoofdstad Boedapest per spoor moet verbinden met het Servische Belgrado als ‘geheim’ geclassificeerd. Volgens het parlement was dat nodig om Chinees geld voor de aanleg van de spoorlijn te krijgen. De classificatie blijft 10 jaar geldig en is volgens het parlement ‘in het hoger belang van de Hongaarse natie’.
Beide landen dromen al langer van een spoorverbinding tussen beide hoofdsteden. Al in 2014 werd een memorandum daartoe ondertekend, terwijl Servië in 2018 met de aanleg begon. In totaal gaat het om een 350 kilometer lange spoorlijn. Die moet reizigers toelaten de afstand tussen Boedapest en Belgrado vanaf 2025 op 4 uur tijd te overbruggen.
Maar het is pas vorige maand dat China over de brug kwam met 85 procent van de fondsen die nodig zijn voor de financiering van het project. Het geld wordt aangereikt door de Export–Import Bank of China (Chexim). De regering Orbàn wil zich tegen elke kritiek wapenen door de details over het project als ‘geheim’ te classificeren.
De Nieuwe Zijderoute
Het project vormt een onderdeel van het Chinese Belt and Road-project, de ‘Nieuwe Zijderoute’. Het project wil 65% van de wereldbevolking en een kwart van het globale bbp rechtstreeks verbinden met China, berekende McKinsey. Indien het project wordt gerealiseerd zoals het vandaag is bedacht, zal een groot deel van de wereldhandel gelinkt zijn aan de Chinese economische strategie. Peking wil op die manier een voet hebben in de handelsstromen binnen de EU. Chinese goederen moeten zo vanuit Griekenland naar het westen van Europa worden vervoerd. Belangrijke secties van die verbinding ontbreken voorlopig nog, voornamelijk in de Balkan.
Orbàn heeft de EU niet nodig
De Europese Unie heeft verschillende studies laten uitvoeren om na te gaan of het project levensvatbaar was. Telkens opnieuw was de conclusie dat enkel het Servische deel van de spoorverbinding rendabel zou worden. Die rentabiliteit wordt door regeringspartij Fidesz als ‘bijkomstig’ beschouwd. ‘Mochten we enkel rekening houden met de rentabiliteit van onze infrastructuur dan leefden we vandaag nog in de Middeleeuwen’, aldus Gabor Banyai, die het project voor Fidesz gaat overschouwen.
Chexim brengt 1,9 miljard dollar aan via een lening op 20 jaar met een rente van 2,5 procent. De Hongaarse regering staat in voor de rest. De spoorverbinding tussen Boedapest en Belgrado wordt het op één na duurste project van het land. Enkel met de uitbreiding van de Paks kerncentrale in het centrum van het land, die voor 80 procent door Moskou wordt gefinancierd, is nog meer geld gemoeid.
Het Hongaarse deel van de spoorlijn Boedapest-Belgrado wordt gebouwd door een consortium onder leiding van de holding Opus Global. Die is eigendom van Lorinc Meszaros, de rijkste man van Hongarije en tevens een jeugdvriend van premier Orbàn.
Net als bij de uitbreiding van de kerncentrale Paks bewijst premier Orbàn ook nu dat hij zeer solide partners kan vinden buiten de Europese Unie.