China is net begonnen aan een gigantische uitdaging: de eerste fotovoltaïsche zonnekrachtcentrale in de ruimte. Ja, u leest het goed. Uiteindelijk zou de centrale krachtiger moeten zijn dan een groot deel van de kernreactoren die momenteel in het land operationeel zijn.

Het project werd in 2010 geboren in de hoofden van onderzoekers aan de Chongqing University in het zuidwesten van China. Na een decennium van debatten over de haalbaarheid, kosten en veiligheid van het project, zal eindelijk van de plannen werk worden gemaakt, meldt de staatskrant China Science Daily.

In juni dit jaar is China begonnen met de bouw van een constructie die in staat is om draadloos zonnekracht te oogsten van een fotovoltaïsche energiecentrale die in een baan rond de aarde draait. Dit grondstation, de zogenaamde Bishan Base, zou al tegen het einde van het jaar klaar moeten zijn.

Volledige capaciteit in minder dan dertig jaar

In eerste instantie zal de Bishan Base worden gebruikt om deze nieuwe manier van energiegebruik te testen. Tegen 2030 zal de site normaal beginnen te functioneren, met een zeer laag vermogen.

In 2035 zal China een ruimtestation, uitgerust met zonnepanelen, lanceren. Het station zal op een hoogte van meer dan 36.000 kilometer in een baan rond de aarde cirkelen. Het zal zonnekracht omzetten in elektrische energie en deze vermoedelijk via hoogfrequente microgolven naar de aarde verzenden. Deze technologie moet helpen het verlies van energie bij het binnenkomen van de atmosfeer te beperken. De technologie kan tegen dat tijdstip – afhankelijk van de tests – uiteraard nog evolueren

China streeft ernaar om zijn ruimte-installatie tegen 2050 op volle capaciteit te laten draaien. Het complex zal dan een vermogen hebben van enkele gigawatt. Dat is meer dan de capaciteit van de grootste Chinese kernreactoren.

De centrale zal naar verwachting China in staat stellen om dag en nacht – ongeacht de weersomstandigheden – zonnekracht te benutten. Kortom, een koolstofvrije energiebron die vierentwintig uur per dag, het hele jaar door, kan worden gebruikt. Dit grootschalige project maakt deel uit van het arsenaal dat China inzet om zijn uitstootdoelstellingen, waarbij tegen 2060 een nulemissie zou moeten worden bereikt, te realiseren.

Momenteel lopen al de eerste tests. Het onderzoeksteam gebruikt ballonnen die op grote hoogte kunnen vliegen als drijvend platform voor fotovoltaïsche panelen. Ze bevinden zich op 300 meter hoogte en moeten in staat zijn om via microgolven energie naar het grondstation te sturen.

Andere geïnteresseerde landen

Het idee om zonnepanelen in de ruimte te plaatsen om energie terug naar de aarde te sturen, werd in 1941 door Isaac Asimov, een Russisch-Amerikaanse schrijver en biochemicus die bekend staat om zijn werken van sciencefiction en zijn populair-wetenschappelijke boeken, voor het eerst naar voren gebracht.

In 1970 verkreeg de Tsjechoslowaaks-Amerikaanse wetenschapper Peter Glaser een patent voor een ontwerp dat energie van satellieten naar de aarde stuurt met behulp van microgolven.

Sindsdien hebben vele grote mogendheden in de technologie interesse getoond. Vooral de Verenigde Staten, Rusland, Japan en het Verenigd Koninkrijk doen nog onderzoek naar het onderwerp. China lijkt echter de eerste pionier te worden die het ontwerp in praktijk toepast.

Het Aziatische land is in ieder geval de eerste grote mogendheid die een aanzet voor de realisatie van de technologie heeft gegeven.

(NS)