Belgische werkzaamheidsgraad groeit veel trager dan de buurlanden

Uit nieuwe cijfers van Eurostat blijkt dat de werkzaamheidsgraad in België maar bijzonder weinig gegroeid is in de afgelopen vier jaar. Het land blijft onder het Europees gemiddelde.

In het nieuws: Uit een analyse van de cijfers die De Tijd maakte, blijkt dat België de werkzaamheidsgraad moeilijk omhoog krijgt.

  • De werkzaamheidsgraad, het aandeel van mensen op beroepsactieve leeftijd (tussen 20 en 64 jaar) dat ook effectief aan het werk is, bedroeg in België 72,1 procent in 2023. In 2019 was dat 70,5 procent, een stijging van 1,6 procentpunten.
  • En dat is een stuk minder dan het Europees gemiddelde: met een stijging van 2,7 procentpunten is de gemiddelde werkzaamheidsgraad in 2023 gestegen tot 75,3 procent.
  • In landen waar de werkzaamheidsgraad ook laag ligt, zoals hekkensluiter Italië (66, 3 procent), maar ook Spanje (70,5 procent) of Frankrijk (74,4 procent), is ze wel telkens meer gestegen ten opzichte van 2019, telkens tussen 2,1 en 2,8 procentpunten.
  • En in de negen landen waar de werkzaamheidsgraad minder snel steeg dan in België, stond deze in 2019 al boven 75 procent. Er was dus minder ruimte voor verbetering.

Wallonië en Brussel blijven achter

Ingezoomd: De werkzaamheidsgraad van 80 procent halen blijft lastig voor het hele land.

  • De Belgische regering heeft vooropgesteld dat het land in 2030 een werkzaamheidsgraad wil halen van 80 procent. Op dit moment zijn er zeven EU-landen die daar al zitten, met Nederland voorop. Daar is 83,5 procent van de actieve bevolking aan het werk.
  • Volgens Sarah Vansteenkiste van het Steunpunt Werk van de KU Leuven is het mogelijk dat Vlaanderen dat streefdoel haalt: met een werkzaamheidsgraad van 76,6 procent zit het boven het Europees gemiddelde.
  • Het zijn dan ook Brussel (met een werkzaamheidsgraad van 66,5 procent) en Wallonië (65,5 procent) die het Belgische cijfer naar beneden trekken. Daarbij valt vooral op dat Brussel de cijfers naar omhoog krijgt, met een stijging van 4,8 procentpunten ten opzichte van 2019. In Wallonië lukt dat amper, met een groei van maar 0,9 procentpunten.

Ook nog: Meer mensen ontvangen een uitkering, vooral de jongerenwerkloosheid stijgt.

  • Het aantal werklozen die een uitkering ontvangen, stijgt dan weer sterk. In 2024 kregen 295.953 werkzoekenden er een, een stijging van 6,7 procent.
  • Vooral in de leeftijdscategorie -25-jarigen neemt dat cijfer enorm toe, met maar liefst 17,1 procent. Dat heeft vooral met de arbeidskrapte te maken. Er zijn minder vacatures dan vorig jaar, waardoor werkgevers liever iemand aannemen met meer ervaring. Jongeren zonder ervaring maken dus minder kans.
  • Ook hier is er een verschil met andere EU-landen, daar ligt de jongerenwerkloosheid veel lager in vergelijking met de algemene werkloosheid. Landen als Duitsland, Oostenrijk en Nederland hebben veel meer ingezet op duaal leren, licht professor arbeidseconomie Stijn Baert toe in Het Nieuwsblad.
Meer