Het afgelopen jaar zijn er al meer dan 75.000 banen verdwenen in de bankensector. Vooral Europa betaalt het gelag, met 86 procent van de geschrapte jobs.
Een kleine bloemlezing. Dinsdag raakte bekend dat de Italiaanse grootbank UniCredit 8.000 banen opschort en 500 vestigingen sluit. Deutsche Bank haalde afgelopen zomer een veel grotere bijl boven. De financiële reus kondigde een verlies van 18.000 banen aan.
Verder zijn er nog onder meer Santander – meer dan 5.400 banen op de tocht -, Commerzbank en HSBC met elk ongeveer 4.000 geschrapte jobs. Ook België blijft niet gespaard: bij BNP Paris Fortis verdwijnen de komende drie jaar ruim 2.000 banen. Eenzelfde verhaal bij KBC, waar alleen al in België 1.400 ontslagen vallen.
Hoogtechnologische profielen
Het jobverlies bij Deutsche Bank is een uitschieter, maar niettemin schuilen er grote problemen in de Europese bankensector. Eerst en vooral zijn er de evidente economische problemen: een brexit die maar niet opgelost raakt en de aanhoudende handelsconflicten. Ook het economische klimaat en de lage rentes spelen mee.
Maar ook intern zitten banken met de handen in het haar. Ze zien hun klanten steeds vaker digitaal bankieren, waardoor steeds minder bankbedienden nodig zijn. Sommige banken zoeken wel nog extra werknemers, maar dat zijn dan specifieke en hoogtechnologische profielen. Het gaat dan om informatici en app-ontwikkelaars.
Besparen
Banken zijn ten slotte bekommerd om hun rendabiliteit. Uit een studie van de European Banking Authority blijkt dat het rendement op het eigen vermogen van 190 Europese banken gemiddeld op 6,5 procent ligt. Dat is lager dan de aangeraden 8 tot 10 procent.
Dat rendement is belangrijk voor de geldschieters van banken. Ze willen hun kapitaal natuurlijk niet kwijtraken als het slecht afloopt met hun bank. Als de verplichte geldbuffer van een bank stijgt, maar de winst volgt niet, dan daalt dus dat rendement op het eigen vermogen. Vandaar dat banken hun winst willen opkrikken door te besparen.