‘Hoe sneller iedereen de COVIDSafe app downloadt, hoe sneller we de coronabeperkingen kunnen opheffen, en ons normale leven terug kunnen oppikken’, zei de Australische premier Scott Morrison eind april. Zijn regering kondigde de app aan als een soort poolster die het land uit de quarantainewoestijn zou leiden. Een maand later blijkt dat de app nauwelijks een rol van betekenis speelt in de heropstart.

Australië was een van de eerste landen die een traceerapp vooropstelde in de strijd tegen het de verspreiding van het coronavirus. Vele landen, waaronder België, zijn van plan om de komende weken hetzelfde te doen. De bedoeling is dat COVIDSafe de contacten, die een besmet persoon gehad heeft, vindt en verwittigt zodat die zichzelf kunnen isoleren. De app houdt met behulp van bluetooth-technologie bij met wie een gebruiker in de afgelopen 21 dagen contact heeft gehad.

Volgens premier Morrison kon het belang van de app niet onderschat worden. ‘Als je in de zon gaat liggen doe je zonnecrème aan, als je wil terugkeren naar een vrije economie en maatschappij download je de COVIDSafe app. Dit is de sleutel om de beperkingen op te heffen’, zei hij bij de lancering op 26 april.

Te weinig gebruikers

Vandaag blijkt dat – ondanks het feit dat 6 miljoen Australiërs de app gedownload hebben – er welgeteld 1 persoon die in contact kwam met een besmet iemand, gevonden en verwittigd werd. Dat schrijft de Britse krant The Guardian. Dezelfde politici die het systeem een maand geleden de hemel in prezen, blazen nu warm en koud over de app.

Hoe komt het dat het belang van de traceerapp in de strijd tegen het virus, op een maand tijd van cruciaal naar verwaarloosbaar is gegaan?

Ten eerste is het moeilijk om voldoende gebruikers aan boord te krijgen. De regering zette een doelstelling van 40 procent van de bevolking dat de app moet gebruiken om effectief te zijn. Na een maand zit het land nog steeds zo’n anderhalf miljoen Australiërs onder dat doel.

De doelstelling uitdrukken in percentage van de bevolking is op zich al problematisch: niet iedereen heeft een smartphone, niet iedereen met een smartphone kan of wil de app downloaden.

Ondanks een peperdure reclamecampagne slaagde de overheid ‘down under’ er niet in om voldoende burgers te overtuigen van het nut van de app.

Technische problemen

De app werd van in het begin geplaagd door technische tekortkomingen. De iPhone-versie pikte geen bluetooth-signalen van andere gebruikers op, tenzij de app actief was op het scherm. Zeer onpraktisch voor gebruikers dus. Dat is intussen deels opgelost via updates, maar de iPhone-versie functioneert nog steeds niet zo vlot als de Android-tegenhanger.

Bovendien zijn er ook compatibiliteitsproblemen met het Australische agentschap dat de geanonimiseerde database bijhoudt, waardoor waarschijnlijk niet iedereen die met een besmet persoon in contact komt een melding krijgt. Volgens technici is dit niet zomaar op te lossen, tenzij er een compleet nieuwe versie ontwikkeld wordt, die miljoenen Australiërs opnieuw moeten downloaden. Terug naar af, dus.

Tenslotte zijn er nog enkele tekortkomingen aan het hele concept van ‘contact tracing’ in de strijd tegen de pandemie. Zo’n traceerapp kan volgens experts enkel nuttig zijn als de gezondheidsinfrastructuur van een land de verwittigde gebruikers kan opvolgen, testen, en ondersteunen tijdens hun quarantaine. Op individueel vlak moeten verwittigde risicogevallen bereid zijn om vrijwillig in quarantaine te gaan. Verder is het moeilijk om via bluetooth na te gaan hoe intens en risicovol de geregistreerde contacten waren.

Ons land wil tegen het begin van de zomervakantie een eigen coronatraceerapp uitrollen.