Astronomen zijn op zoek naar manen buiten ons zonnestelsel, en dat levert interessante resultaten op

Astronomen hebben de mogelijke ontdekking van een exomaan aangekondigd, de tweede waarneming tot nu toe. De wetenschappers achter de nieuwe zoektocht zeggen dat hun analyse wijst op een “mini-maan” ter grootte van de planeet Neptunus die rond een planeet draait die in grootte vergelijkbaar is met Jupiter.

Nog niet zo lang geleden kondigden wetenschappers voor het eerst vol trots aan dat ze een planeet buiten ons zonnestelsel hadden ontdekt, de zogenaamde exoplaneten. Daarop volgde de zoektocht naar planeten die zo veel mogelijk gelijkenissen toonden met de aarde. Sindsdien gaan astronomen nog een stap verder in hun pogingen om het Heelal te doorgronden. Dat doen ze door exomanen op te sporen, natuurlijke satellieten die om exoplaneten heen draaien.

“Objecten waarvan iedereen het bestaan vermoedde”

“Dit zijn objecten waarvan iedereen vermoedde dat ze er waren, maar er is niet veel formeel onderzoek naar gedaan tot 2007”, vertelde Marialis Rosario-Franco, een astrofysicus bij het National Radio Astronomy Observatory in New Mexico, aan Space.com. “De wetenschap naar exomanen is nog in een vrij pril stadium en zit daarom vol mogelijkheden. Het is iets waarvan we nu pas vermoeden dat we het kunnen waarnemen. We nemen deze objecten niet rechtstreeks waar; we nemen alleen de verstoring waar die de aanwezigheid van de objecten veroorzaakt in het normale signaal van een exoplaneet.”

Om een exoplaneet te vinden, moesten Kepler-beelden van een ster tot 2018 onvermoeibaar worden gescand. Wetenschappers gaan dan op zoek naar een minieme verandering in de helderheid van de exoplaneet. Dat duidt op de passage van de planeet tussen de ster en de telescoop. In de nieuwe studie onderzochten de wetenschappers 70 van deze datasets, die elk een koude gasreus vertegenwoordigen, zoals de massieve planeten in ons eigen zonnestelsel. De onderzoekers hebben vervolgens een reeks modellen gebruikt om te zien welke waarnemingen van Kepler overeenkomen met wat zij zouden verwachten te zien als zo’n planeet een maan zou hebben.

Aanwijzingen, maar geen sluitend bewijs

Slechts drie sterren werden geselecteerd. Voor een van de stelsels realiseerde het team zich dat het signaal door Kepler zelf kon worden veroorzaakt; voor een ander stelsel zou het signaal kunnen komen van donkere vlekken die over het oppervlak van de ster bewegen. Maar voor de laatste kandidaat, een ster bekend als Kepler 1708, werkte geen van hun alternatieve verklaringen. De eerste exomaan was net ontdekt in een stelsel genaamd Kepler 1625.

De nieuwe studie maakt gebruik van een soortgelijke techniek, maar is nog voorzichtiger dan het reeds strenge proces dat bij de eerste studie werd gevolgd, aldus Rosario-Franco. Volgens Rosario-Franco wordt de maan 1625 van Kepler “vrij algemeen aanvaard door de astrofysische gemeenschap”, hoewel het bestaan ervan nog niet volledig is bevestigd. In elk geval geeft deze ontdekking ons een glimp van de verscheidenheid aan planetaire ecosystemen die in ons melkwegstelsel kunnen worden aangetroffen. Die wetenschap stelt ons beter in staat om te begrijpen hoe manen ontstaan en evolueren, zowel in ons eigen zonnestelsel als veel verder weg. Waarschijnlijk staan ons nog vele verrassingen te wachten.

Meer