Vandaag schiet Apple Fitness+ uit de startblokken. De nieuwste worp van het meest waardevolle bedrijf ter wereld betreft een reeks virtuele sportlessen gaande van krachttraining over yoga tot fietsen. Daarmee gaat Apple de krachtmeting aan met thuisfitnessketen Peloton.

Peloton omschrijft zichzelf als ‘de Netflix van de fitness’. In wezen voorziet het bedrijf dure hometrainers die verbonden zijn met internet, en waarop gebruikers via een scherm virtuele fitnessinstructies krijgen. Door de sluiting van sportclubs en fitnesszalen werd de Amerikaanse start-up echter een hype, zowel bij sportievelingen als op de beursvloer. Het aandeel van Peloton is momenteel vier keer meer waard dan in het begin van het jaar.

Prijzenoorlog

Apple ruikt dus een potentieel marktaandeel. Voorlopig gaat de Amerikaanse techgigant nog geen fitnessapparatuur verkopen. Het bedrijf gaat namelijk de abonnementsformule uitdagen, waarbij sporters voor een maandelijks bedrag instructievideo’s kunnen streamen.

Peloton heeft een premiumpubliek en zet in op bekende fitnesspersoonlijkheden als instructeurs. Apple wil echter de massa bespelen en biedt een betere prijs: zo’n 2,5 euro onder het goedkoopste tariefplan van Peloton. Gadgetmaker Apple geeft ook de mogelijkheid om zijn nieuwe fitnessapp te verbinden aan de miljoenen toestellen die al in omloop zijn. U kan trainen via iPhone, iPad of Apple TV. De Apple Watch met zijn talrijke sensoren houd alle statistieken bij.

En dat wijst op de houding van Apple in dit onontgonnen gebied. Het hoeft Peloton niet van de troon te stoten als marktleider. Fitness+ is gewoon een zoveelste abonnementsformule om gebruikers verknocht te houden aan Apple-toestellen.