In 2020 waren 4.622.000 Belgen niet in staat om te sparen tijdens een typische maand, wat neerkomt op bijna 41 procent van de bevolking. Dat zegt Statbel, het Belgische statistiekbureau, naar aanleiding van de internationale dag voor de uitroeiing van armoede op 17 oktober.
De cijfers komen uit de enquête naar de inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC) van 2020, waarbij meer dan 7.000 Belgische huishoudens werden bevraagd over hun schuldenlast en levensstandaard.
Daaruit blijkt dat sparen lang niet vanzelfsprekend is voor iedereen: bij 40,8 procent van de bevolking lukt het niet in een doorsnee maand:
- Bijna een derde van de Belgen (32,8 procent) kon net rondkomen met het maandelijkse inkomen
- 6,1 procent moest gebruik van beschikbaar spaargeld
- 1,9 procent moest geld lenen
Daartegenover staat dat zowat zes op de tien Belgen dus wél wat geld opzij kunnen zetten. Dat verklaart ook deels waarom België in de top tien van landen met grootste gezinsvermogens staat.
Er zijn volgens Statbel wel regionale verschillen:
- In Vlaanderen was 68,1 procent in staat te sparen
- Dat cijfer zakt tot 50,4 procent in Brussel
- In Wallonië zegt minder dan de helft te kunnen sparen: 46,1 procent
Leven zonder inkomen
Vier op de tien Belgen zijn ook niet in staat om zonder inkomen langer dan drie maanden verder te leven volgens dezelfde levensstandaard. In Vlaanderen blijft het aandeel mensen in die situatie wel beperkt (28,6 procent), tegenover Wallonië (55,6 procent) en Brussel (57,6 procent).
De marge is het minst breed bij de Belgen die werkloos zijn: 72,8 procent geeft aan niet langer dan drie maanden verder te kunnen volgens dezelfde levensstandaard. Bij Belgen die in een eenoudergezin wonen gaat het om 70,6 procent, bij huurders is dat aandeel 69,2 procent en bij laagopgeleiden 52,5 procent.
Kredieten
Gemiddeld spendeert de Belg 18,4 procent van het beschikbare inkomen aan leningen voor de eerste woning. Een Belg op de vijf (21,6 procent) heeft ook een bijkomende lening lopen en 4,2 procent heeft er twee of meer. Alle leningen samen nemen gemiddeld 19 procent in van het beschikbare inkomen.