Na de bonanza van 2020: wordt 2021 het jaar van de niet-meer-lege beursschelp?

Het afgelopen jaar werden de beurstabellen bestormd door zogenaamde blancochequebedrijven. Die zogenaamde Special Purpose Acquisition Companies of SPACs zijn lege beursschelpen met maar 1 doel: interessante overnamedoelwitten zoeken. Die doelwitten kunnen zo via een ‘binnenweg’ hun intrede op de beurs maken, zonder de rompslomp van een klassieke beursgang. En met potentieel gigantische winsten voor wie in zo’n lege schelp durft investeren.

Het Amerikaanse weekblad Barron’s zette de cijfers op een rijtje. In 2020 trokken net geen 500 bedrijven naar de beurs op Wall Street. Het was al van 1999 geleden dat het zo druk was. Waarnemers maken zich echter sterk dat we geen nieuwe dotcombubbel aan het oppompen zijn.

Van die beursgangen zijn er ‘slechts’ 163 door bedrijven die echte operationele activiteiten hebben en aan een prijs van 5 dollar of meer per aandeel naar de beurs trokken. Aan de vooravond van de dotcombubbel waren dat er 476. Bovendien ogen de grote sterren van het jongste beursgangenjaar een pak robuuster dan pakweg pets.com, een van de bekendste debacles van de dotcomhype in 2000. Een bedrijf als AirBnB trok weliswaar aan een forse waardering naar de beurs, maar lijkt als marktleider in zijn segment niet meteen rijp voor een implosie.

Wat verklaart dan die bonanza aan beursgangen in 2020? Kijk niet verder dan de lettersoep SPACs. Wall Street verwelkomde vorig jaar 248 van die lege beursschelpen. Dat is maar liefst het viervoud van het vorige record.

Rendement in nulrentetijden

De reden voor de beleggersappetijt in die blancochequebedrijven is dezelfde als voor het feit dat de aandelenmarkten tot dusver relatief vlotjes door de coronacrisis navigeerden. Door het lagerentebeleid van de centrale banken zijn aandelen momenteel zowat de enige belegging met enig zicht op rendement. En als zo’n beursschelp z’n huiswerk goed maakt en een interessant bedrijf overneemt, rinkelt de kassa snel. En luid.

We zagen in 2020 al enkele voorbeelden van hoe hard het kan gaan. Nikola, de controversiële waterstofspecialist maakte gebruik van een SPAC om zich op de koerstabellen van Wall Street te hijsen. Nog een mooi voorbeeld is QuantumScape, een bedrijf dat werkt aan een nieuwe generatie batterijen voor elektrische wagens. Geen mens kende het bedrijf, tot het vorig jaar aankondigde via een fusie met SPAC Kensington Capital Acquisition naar Wall Street te trekken. Geholpen door ronkende beloftes over een autobatterij die op een kwartier tijd tot 80 procent opgeladen kon worden – en financiële steun van niemand minder dan Bill Gates – explodeerde de koers van Kensington Capital met 745 procent nog voor de hele transactie rond was.

Van 1,5 naar 36 miljard dollar

En nu dwalen er dus op de beurs een paar honderd van die SPACs rond. Ze zijn allemaal op zoek naar de volgende QuantumScape. En beleggers investeren gretig om zeker te zijn dat ze die potentiële trein zeker niet missen. Maar hoe kan je als belegger weten dat je belegging niet voor altijd een lege schelp blijft? Er is amper houvast. SPACs hebben geen financiële of operationele voorgeschiedenis. Beleggers kunnen enkel vertrouwen op de kwaliteit van de managementteams.

Zo stond fondsbeheerder en aandeelhoudersactivist Bill Ackman in juli vorig jaar aan de wieg van een van de grootste SPAC’s die in 2020 het licht zag. Pershing Square Tontine Holdings haalde 4 miljard dollar op en is nu op zoek naar een doel voor dat geld. Een belegger die een investering overweegt, kan kijken naar Ackmans eerdere prestatie met zo’n vehikel. In 2011 pompte hij geld in de SPAC Justice Holdings. Die kreeg anderhalf miljard dollar kapitaal in handen. Dat geld werd gebruikt om een belang van 29 procent te verwerven in hamburgerketen Burger King.

Burger King fuseerde nadien met de Canadese fastfoodketen Tim Hortons. Intussen staat het bedrijf bekend als Restaurant Brands International. Een bedrijf met een marktwaarde van een slordige 36 miljard dollar. Justice Holdings is ‘slechts’ een aandeelhouder in dat verhaal. Maar als belegger investeerde je zo in 2011 in een bedrijf dat anderhalf miljard dollar waard was, en ben je nu mede-aandeelhouder van een fastfoodgigant. Of hoe zo’n lege schelp plots een dikke parel kan bevatten.

Rechtzetting: Een eerdere versie van dit artikel vermeldde ook Palantir als voorbeeld van een beursgang via een SPAC. Dit klopt niet. Het databedrijf koos voor een zogenaamde ‘direct listing’.