‘Va banque’, dat is het spel dat opdrachthouders Patrick Dewael (Open Vld) en Sabine Laruelle (MR) gisteren speelden: alles of niets. Ze wilden absoluut een noodkabinet rond de restregering bouwen. Sp.a viel eraf, CD&V ging twijfelend op de rem.
Wat gebeurt er precies? De hele dag was het duo Dewael-Laruelle bezig om gesprekken te houden. Ze wilden hun opdracht duidelijk graag afronden, en zo snel mogelijk de fakkel doorgeven. Daarbij werden twee cruciale potentiële partners onder druk gezet: sp.a en CD&V. De dreiging van vervroegde verkiezingen was nooit ver weg.
De details: In de Kamer liet de voorzitter Patrick Dewael zich vervangen door ondervoorzitter Valerie Van Peel (N-VA), omdat hij zelf heel de namiddag doorwerkte op een coalitie.
- Dewael en Laruelle verzamelden de afgelopen dagen de steun van de liberale partijen, van de twee groene partijen en van de PS, om rond de regering Wilmès een ‘doorstart’ te organiseren en een ‘noodkabinet’ op de been te brengen.
- Zo’n noodregering, met beperkte samenstelling, beperkte opdracht en beperkte levensduur, is natuurlijk pure politieke marketing: zuiver juridisch is zo’n regering helemaal niet anders dan elke andere regering, ze heeft gewoon een meerderheid nodig in de Kamer en elke ‘band’ met de vorige regering is louter symboliek. ‘In de Grondwet heb ik nog niets gelezen van zo’n concept’, stelde een onderhandelaar lachend.
- En zelfs uit eigen rangen kreeg Dewael weinig steun voor z’n hele laagje vernis over een ‘noodkabinet’: ‘Men kan roepen wat men wil, maar een noodregering moet ook een meerderheid hebben in de Kamer dus ik zie het verschil niet goed’, zo kwam Maggie De Block (Open Vld) bij Linda De Win op Villa Politica verklaren.
- Maar De Block drukte wel op de ‘urgentie’ van de situatie: ‘Laten we vooral een regering maken die slagkrachtig kan zijn, want er komt wel wat op ons af. Het is niet omdat wij er niet in slagen een regering te maken, dat bijvoorbeeld het coronavirus ons land zal overslaan.’
- Die ‘urgentie’ greep het duo aan om de forcing te voeren, en maximale druk te leggen bij de Vlaamse socialisten en de christendemocraten.
En ook opvallend: Op Radio 1 vanmorgen sprong ook Alexander De Croo (Open Vld) z’n collega De Block bij:
- ‘Een coronacoalitie? Daar ben ik niet van overtuigd. De maatregelen die we moeten nemen in verband met de coronacrisis, die kunnen we in lopende zaken nemen. We hebben geen nood aan een noodregering, maar aan een regering met daadkracht. Die hervorming kan inzetten rond belastingen, werken, asiel en migratie.’
- Maar meteen zegde De Croo wel alle steun toe aan Dewael en Laruelle: ‘Ze werken in volstrekt mutisme. Ze hullen zich in stilzwijgen. Ik heb er het volste vertrouwen in dat ze er alles aan doen om het te deblokkeren.’
Hoe het verliep: Heel de dag door werden koortsachtig contacten gelegd.
- De sp.a stond daarbij behoorlijk onder druk. Het duo praatte in op Conner Rousseau, de jonge voorzitter van de socialisten, om toch maar mee te gaan in dergelijke constructie. Ook de PS-voorzitter Paul Magnette had daarbij veel te winnen: zonder zijn ‘familie‘ van sp.a is de PS maar met 20 zetels, terwijl de liberalen samen dan op 26 zetels staan en zelfs de groenen samen 21 zetels hebben. Plus: gingen de Vlaamse socialisten dan echt tegen een regering met Franstalige socialisten oppositie voeren?
- Maar de sp.a houdt een nogal consistente lijn aan in deze onderhandelingen: ze willen niet mathematisch ‘overbodig’ zijn, ze willen liefst overal erin of overal eruit. En vooral: er moeten inhoudelijk toch wel een aantal garanties zijn.
- Die aanpak, om niet met een tekst te gaan, maar puur op basis van een ‘coalition of the willing‘ te werken (een term die de groenen al langer hanteren, maar die het opdrachthouders-duo overnam), leverde toch forse kritiek op van betrokkenen. De vergelijking met de aanpak onder voorganger-opdrachthouder Geens doet ‘pijn aan de ogen’, zo is te horen. ‘Toen werden hele punten en komma’s onderhandeld en afgetoetst, daar is zelfs een hele begroting gemaakt. En toen strandde het op een veto van één partij over één andere partij. En deze keer moeten we gewoon maar ‘ja’ of ‘nee’ op een samenstelling van een coalitie zeggen, zonder enige garantie over wat we gaan doen?’, zo stelde een onderhandelaar.
- Het afhaken van de sp.a maakte de opdrachthouders Dewael en Laruelle niet wanhopig, integendeel: de liberalen zagen er een uitstekende kans in om als grootste blok de macht te grijpen. Laruelle bouwde ook een handige symbolische redenering op: met drie ‘rechtse’ partijen (Open Vld, MR en CD&V) en drie ‘linkse’ (PS, Ecolo en Groen) zou zo’n kabinet mooi in evenwicht zijn.
- Dat zo’n kabinet bovendien dan maar zes partijen telde, en maar drie aan Vlaamse kant, maakte het alvast interessanter voor de partijen om meer portefeuilles onder minder volk te verdelen.
- Bovendien was er bij Open Vld een ‘window of opportunity‘: de schrik om federaal uit de boot te vallen in andere combinaties zoals paars-geel (en zelfs om uit de Vlaams regering gezet te worden, een scenario dat CD&V recent nog eens op tafel legde, maar waar N-VA en sp.a niet op ingingen), zette het licht op groen voor Dewael om voluit te gaan. Ook de kandidaat-voorzitters toonden daarbij geen verzet.
- Zo lag plots een blauw-groen-PS-CD&V-kabinet op de tekentafel.
De cruciale rol: Die was en is eens te meer weggelegd voor CD&V.
- Nadat het duo maandag Joachim Coens (CD&V) en Koen Geens (CD&V) ontving, kwam woensdag opnieuw de CD&V-voorzitter langs. De twee opdrachthouders investeerden de afgelopen tijd veel energie in de Vlaamse christendemocraten, ‘misschien wel het meest van allemaal‘, zo was in hun kringen te horen.
- Voorzitter Coens was duidelijk niet ongevoelig voor het argument dat de crisis rond het coronavirus moet worden aangepakt. Plus het vooruitzicht van vervroegde verkiezingen klinkt niet bepaald aanlokkelijk voor CD&V. De onderhandelaars hoopten bovendien de ACW-vleugel, die altijd grote moeite bleef hebben met N-VA de afgelopen jaren, te enthousiasmeren om in zo’n onuitgegeven coalitie met groenen en liberalen te stappen.
- Op de fractievergadering, traditioneel voor de plenaire zitting op donderdag, deed de voorzitter de deur naar een ‘noodkabinet’ dus niet dicht, tot plezier van een deel van de fractie, maar afgrijzen van anderen, die geen koerswijziging wilden aanvaarden.
- Maar tegelijk blijven een aantal basisvoorwaarden voor de christendemocraten toch niet vervuld.
- Op de eerste plaats heeft een dergelijke coalitie een wel heel pijnlijke Vlaamse ‘minderheid’: maar dik twee vijfde van de Vlaamse zetels zijn vertegenwoordigd.
- Tegenover ‘grote’ Franstalige partijen (PS 20, MR 14 en Ecolo 12) staan dan ‘kleine’ Vlaamse partijen (CD&V 12, Open Vld 12 en Groen 9).
- Wat lag er dan inhoudelijk om mee in te stemmen, los van die belofte op een ‘Vlaamse meerderheid’? Hoe bood zo’n ‘noodkabinet’ dan precies een antwoord op de financiële en institutionele uitdagingen?
- Uiteindelijk was het Geens, die in de ochtend niet meer aanwezig was bij de onderhandelaars, die met een opvallend pleidooi kwam voor een staatshervorming: zo kan het niet verder, het land heeft geen behoefte aan een bric-à-brac ‘noodregering’ maar een échte, fundamentele oplossing, zo klonk het pleidooi.
- Daarmee zetten zowel Geens als de Vlaamse leading lady Hilde Crevits (CD&V) hun voorzitter toch met een duidelijke boodschap op pad: in deze omstandigheden meespringen in zo’n kabinet? Zeer, zeer onwaarschijnlijk.
Tussen de regels: Dat Koen Geens even later z’n intern pleidooi van de fractie ook online gooide, in een soort nieuwsbrief, kon als signaal ook wel tellen.
- Daarbij ging Geens wel ver in hoe hij een toekomst voor België ziet. Hij wees erop dat ook de vorige grote staatshervormingen gebeurden in tijden van crisis en onrust. Deze coronacrisis is dus net het moment om een deep dive te doen, en het land opnieuw te tekenen, is de redenering.
- ‘De huidige uitsplitsing van bevoegdheidspakketten over Belgische overheid en deelstaten moet tegen het licht van de homogeniteit en de efficiëntie gehouden worden. Zo bijvoorbeeld is de gezondheidszorg (naast strafuitvoering, mobiliteit, migratie, …) hopeloos versplinterd tussen de deelstaten en België. Dat maakt materniteiten en hartcentra, ziekenhuisfinanciering of contingentering van artsen tot bijzonder heikele kwesties. (…) Een overheveling naar de deelstaten naar het model van de kinderbijslag lijkt niet langer ondenkbaar.’
- Geens is en blijft een jurist, en dus verwijst hij naar de basis: het principe van subsidiariteit, dat voor hem moet gelden: ‘Enkel wat we vinden beter samen te kunnen doen, moeten we samen doen. Dat is artikel 35 van de Grondwet, de gouden regel van de subsidiariteit.’
- ‘België moet vandaag opnieuw de moed vinden om vijftig jaar toekomst te creëren, zoals het dat deed tussen 1970 en 1980. Dat was nochtans een van de economisch en budgettair moeilijkste periodes die het land ooit gekend heeft. Wat we nodig hebben is een duidelijk afgesproken menu, een strakke kalender en een helder proces.’
- ‘Maar vooral veel politiek engagement: dat is er zoals steeds bij onze partij, dat zegde ze al heel nadrukkelijk voor de verkiezingen. Maar die politieke wil zal er ook moeten zijn bij de regeringen, de partijvoorzitters en in de parlementen. Ondersteund door de academische wereld, het middenveld en de bedrijfswereld.’
- ‘Het helpt niet om sloganesk te zeggen dat we terug moeten naar ‘meer België’, of dat België al tien jaar dood is. Of dat er eerst verkiezingen moeten zijn. Of dat we niet voorbereid zijn. Of dat de burger daar niet van wakker ligt. Wie van dichtbij volgt, weet heel goed waar het budgettair en bestuurlijk fout loopt. Eenvoudig zal het niet zijn. Maar we kunnen niet blijven schuilen onder het veilige dak van VN, NAVO, EU en de eurozone. Vooruit is de weg.’
Interessant om opnieuw te beluisteren: Op Radio 1 gaf Geens vanmorgen in mensentaal uitleg bij z’n voorstel. Maar in de marge zei hij ook een paar interessantere zaken. Daarbij komen weer dezelfde lijnen terug:
- ‘Het kan toch niet meer in ons systeem dat één partij, de PS, omdat ze incontournable zijn, kan stellen over een andere democratische partij, N-VA, dat die ‘niet welkom‘ zijn. Stel dat we dat in Europa zouden doen, over Hongarije? We kunnen niet bepaald enthousiast zijn over die regering, maar we vragen toch niet aan de oppositie om een Commissaris te sturen?’
- Bovendien heeft hij z’n hoop op een ‘grote deal’, met PS én N-VA, toch niet helemaal opgegeven: ‘Indien de atmosferische omstandigheden ernaar zijn, moet men dan maar eens opnieuw proberen de Himalaya te beklimmen.’
- En hij heeft blijkbaar die hoop: ‘We hebben de koningskwestie overleefd, de Congo-kwestie en andere kwesties. België is zo creatief, dat we dit ook wel zullen overleven.’
- Meteen blikte Geens ook nog eens vooruit, op wat na Dewael en Laruelle moet komen: ‘Ik heb eindeloos herhaald, laat Bart De Wever (N-VA) en Paul Magnette (PS) maar aan zet. Magnette heeft dat toen geweigerd. Maar ik ben niet iemand die snel van mening verandert.’
- Hij verwees ook naar het idee om mogelijk de deelstaten aan zet te brengen: Jan Jambon (N-VA) en Elio Di Rupo (PS) die als minister-presidenten vanuit de regio’s een initiatief kunnen nemen. Dat laatste is niet zomaar: het is een publiek geheim dat binnen de PS iemand als Di Rupo meer geneigd is om wel een deal te maken met de N-VA. Maar Jambon geldt dan weer binnen N-VA als een ‘hardliner’. In elk geval: een interessante piste, die Geens dus nog even in de markt zette.
In de wandelgangen: Zo lijkt de opdracht van Dewael en Laruelle, die op voorhand ook als tussenpausen werden weggezet, toch te stranden.
- Zonder sp.a en CD&V aan boord kan niets vertrekken: er is gewoon geen meerderheid in de Kamer.
- Beide vragen bovendien een andere ‘grondige’ methode, wat strandt op de aanpak die Dewael en Laruelle expliciet niet wilden hanteren: in de teksten duiken.
- ‘Het is nu eenmaal zo dat een bepaalde traditie in deze onderhandelingen is ontstaan: dat tijdens informatieopdrachten wel degelijk al over inhoud gepraat wordt. Dat valt niet zomaar terug te draaien’, zo stelde een betrokkene zuinig.
- Bovendien is wel duidelijk dat premier Sophie Wilmès (MR), die een sleutelrol zou gaan spelen, omdat zij al ‘aangeduid’ was als diegene die het ‘noodkabinet’ zou gaan maken, en dus een formatieopdracht zou krijgen, niet in woelig water mag starten. Daar heeft MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez altijd voor gewaarschuwd. Maar zijn voorwaarde, de garantie dat ze niet beschadigd raakt bij zo’n opdracht, lijkt nu allerminst vervuld.
- Neemt men dus straks het risico, op het Paleis en op De Zestien, om zich te lanceren in zo’n scenario voor een onuitgegeven PS-MR-CD&V-Open Vld-Ecolo-Groen-coalitie? Men mag vermoeden van niet.
Om rekening mee te houden? Bovendien is de regering, de huidige restploeg, al volop bezig ‘noodkabinet’ te spelen, en maatregelen te nemen in verband met het coronavirus.
- Zo voerde de regering Wilmès al zowel het uitstellen van de betalingen van de RSZ in, als het inroepen van ‘tijdelijke werkloosheid’ voor bedrijven en zelfstandigen.
- In bepaalde sectoren, zoals toerisme en luchtvaart, is dat meer dan nodig. Volgens minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) zijn er al een honderdtal bedrijven die zo’n tijdelijke werkloosheid hebben aangevraagd: in totaal gaat het over een dikke 1.500 werknemers.
- Bovendien legt de regering vandaag nog eens zo’n tiental tijdelijke steunmaatregelen op tafel. Op een kern, die verplaatst is naar vanmiddag, worden ze besproken: het gaat onder meer om maatregelen om btw-aflossingen, vennootschaps- en personenbelasting wat later te betalen.
Waarom dit van tel is: Het lijkt onwaarschijnlijk om in deze omstandigheden te riskeren dat zelfs het restkabinet nu in het woelig water van de formatie terechtkomt. Wilmès is van nature niet iemand die graag risico’s neemt. Volgens insiders staat ze niet te springen om zich in het avontuur van een opdracht te wagen, als de omstandigheden er niet naar zijn om succes te kunnen hebben.
The big picture? Met deze laatste poging lijkt meteen het doek te vallen over de periode van Dewael en Laruelle. De combinatie die op het eind op tafel lag, is op z’n minst onuitgegeven, maar lijkt ook vooral onwerkbaar. Daarmee is het straks terug aan de koning om nieuwe fakkeldragers te zoeken, die het federale niveau uit de donkere crisissfeer kunnen loodsen.