China en de VS stellen de implementatie van invoerheffingen met 90 dagen uit. Maar veel hoop op beterschap is er niet.

Het tijdelijke staakt-het-vuren in de handelsoorlog tussen China en de Verenigde Staten was het belangrijkste nieuws dat afgelopen weekeinde uit de G20-samenkomst in Buenos Aires kon worden geraapt.

Beide leiders kwamen volgens een reeks vage tweets van de Amerikaanse president overeen om de implementering van invoerheffingen op 200 miljard dollar aan Chinese producten in de VS met 90 dagen uit te stellen. Beijing zou zijn bedrijven ook aansporen om meer Amerikaanse producten te gaan kopen. De drie maanden respijt bieden ondertussen tijd om nieuwe onderhandelingen op te starten. 

“Beloftes die normaal gezien zullen worden nageleefd”

Tot daar de goednieuwsshow. Want de overeenkomst staat nog steeds niet op papier en is door het Chinese leiderschap evenmin bevestigd. Chinese bureaucraten wachten tot de Chinese leider Xi Jinping donderdag opnieuw in Beijing landt om hun standpunt te formuleren. 

De Amerikaanse toponderhandelaars Steven Mnuchin en Larry Kudlow proberen de verwachtingen alvast te temperen. Die hadden het maandag over beloftes, eerder dan over een overeenkomst. Beloftes, die normaal gezien zullen worden nageleefd, zei Kudlow, de economisch adviseur van Trump. Maar wat die beloftes precies inhouden wist geen van beide precies te zeggen.

Fundamentele eisen zullen door China nooit worden ingewilligd

De kans dat dit staakt-het-vuren langer dan 90 dagen zal duren wordt door analisten op zo goed als nul geschat. Washington heeft namelijk 2 fundamentele eisen en geen van beide lijkt door Beijing te zullen worden ingewilligd. Zo willen de Amerikanen dat China stopt met zijn eigen bedrijven voorrang te geven, terwijl buitenlandse bedrijven enkel de toegang tot de Chinese markt bekomen indien ze bereid zijn hun geavanceerde technologie aan de Chinezen over te maken.

Voor Beijing is er geen enkele reden om die regel terug te draaien. China weet dat technologische dominantie de sleutel tot het wereldleiderschap van de 21ste eeuw is. Ook worden externe pogingen om de door de staat geleide economie te liberaliseren als een vorm van neo-imperialisme beschouwd, met als doel de Chinese status van supermacht in te perken.

De kans dat op dat vlak op 90 dagen verandering optreedt is onbestaande. De beurzen – die maandag nog euforisch reageerden – zijn alweer uit hun droom ontwaakt. Dinsdag sloot  de belangrijkste beursindex Dow Jones 800 punten in de min.