De oorlog in Oekraïne wordt gezien als het eerste conflict van de ‘nieuwe generatie’, waar cyber-oorlogsvoering, drones en informatie een grote rol spelen. Toch vertoont de oorlog heel wat gelijkenissen met eerdere conflicten, en zelfs de Eerste Wereldoorlog. Luitenant-kolonel Tom Simoens, professor gescheidenis aan de Koninklijke Militaire School, duidt.
Het volledige interview met Tom Simoens kan u hier beluisteren.
De geschiedenis: Wie de toekomst wil voorspellen, kijkt het best naar het verleden.
- “Ik heb echt wel een beetje een flashback naar de Eerste Wereldoorlog. Toen had je soms twee grote offensieven, een Duits en Frans-Brits offensief naast elkaar. Ik denk dan aan 1916: Terwijl de Duitsers aan het beuken waren bij Verdun, lanceerden enkele maanden later Fransen en Britten een groot offensief bij de Somme.”
- “Je gaat in feite in fases werken. Nu heeft Oekraïne het strategische initiatief, zij zijn aan zet. Zij bepalen waar er operaties plaatsvinden. Als dat mislukt of niet voldoende lukt, dan denk ik dat de volgende zet weer eerder voor Rusland zal zijn. Dan zullen zij wellicht terug ergens proberen te duwen.
- “We komen uit een periode dat het verrassingoffensief plaatsvond bij Bachmoet hoofdzakelijk, met Wagner. We zijn nu gekanteld naar Oekraïne dat aanvalt, ik denk dat de volgende fase wel eens terug een Russische fase kan zijn.
Herstellen van inspanningen
De nabije toekomst: Wat brengt de komende maanden voor het conflict?
- “Oekraïne zal toch een beetje moeten herstellen van de inspanningen van de voorbije maanden en de komende maanden ook nog denk ik. Ik denk dat de komende maanden ook nog Oekraïens zullen zijn. Dus dat Oekraïne aan zet zal blijven tot wellicht de winter invalt. En dan gaan we misschien toch een kalmere periode krijgen, waarbij beide legers zich terug klaarstomen om vanaf de lente terug hun eigen offensieven te lanceren.”
- “Dan zit je wel in een scenario zoals dat in de Eerste Wereldoorlog ook zat, waarbij de winters gebruikt werden om de legers te herconditioneren, om nieuwe plannen te maken, om eenheden te gaan trainen. En dan in de lente, wanneer het weer beter werd, de dagen langer werden, gaf men er terug een lap op. Ik zie dat wel een beetje terugkeren in conflict in Oekraïne. Tenzij er ergens een diplomatieke doorbraak is. Maar ik denk dat we op dit ogenblik weinig of geen enkel teken zien dat er zo’n diplomatieke doorbraak zit aan te komen.”