Soldaten van de NAVO staan klaar “om meer te doen” in Kosovo indien nodig. Dat zei NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg op woensdag, terwijl Europese functionarissen werken aan het verminderen van de spanningen tussen Kosovo en Servië.
“De NAVO zal haar vredesmacht in Kosovo uitbreiden als de spanningen met buurland Servië escaleren”. Dat zei het hoofd van het bondgenootschap op woensdag. “Indien nodig zullen we troepen verplaatsen, inzetten waar nodig en onze aanwezigheid vergroten”.
Eind juli liepen de spanningen tussen Kosovo en de noorderbuur Servië hoog op. Vanaf één augustus zou er namelijk in Kosovo een nieuwe wet ingaan, die etnische Serven in het land verplicht om met een Kosovaarse nummerplaat rond te rijden. De wet zorgde echter voor een hoop weerstand en de etnische spanningen liepen hoog op. Zo blokkeerden Servische demonstranten wegen en grensovergangen in het noorden van Kosovo.
De situatie kwam tot rust nadat de Kosovaarse premier Albin Kurti, onder druk van de VS en EU, ermee had ingestemd de wet uit te stellen tot 1 september. Een vredesmacht van de NAVO kwam vervolgens ter plaatse om toezicht te houden op de verwijdering van de opgeworpen wegversperringen.
Geweld vermijden
“Hoewel de situatie ter plaatse is verbeterd, is het de verantwoordelijkheid van alle partijen om te voorkomen dat de situatie opnieuw escaleert”. Dat zei Stoltenberg in een verklaring. “Ik roep alle partijen op zich terughoudend op te stellen en geweld te vermijden”.
De NAVO-chef had woensdag in Brussel afzonderlijke ontmoetingen met de Servische president Aleksandar Vučić en de Kosovaarse premier Albin Kurti om de recente spanningen te bespreken.
De door de NAVO geleide Kosovo-troepenmacht (KFOR) heeft momenteel bijna 4000 soldaten in het land. Hoewel de KFOR niet als eerste op geweldsincidenten reageert, is het wel de laatste mogelijkheid om in te grijpen als de situatie verslechtert.
“Die aanwezigheid op zich helpt al om de situatie te stabiliseren, de spanningen te verminderen en escalatie en conflicten te voorkomen”, aldus de secretaris-generaal. “We hebben de aanwezigheid in het noorden al opgevoerd en we zijn bereid om meer te doen”.
Over bijna alles oneens
De Servische president Aleksandar Vucic vertelde op woensdag dat de gesprekken met zijn Kosovaarse collega momenteel erg moeizaam verlopen, omdat de twee het “over bijna alles oneens zijn”. Vucic zei daarnaast dat Servië elke escalatie van de situatie wil vermijden, maar dat er in het noorden van Kosovo een “nieuwe generatie jonge mannen is, die Kosovo als Servisch grondgebied beschouwen en niet langer de terreur van Kosovo zullen dulden”.
De Kosovaarse premier Kurti waarschuwde op zijn beurt dat de spanningen snel aan het oplopen zijn. De premier zei tegen Politico dat er een “verhoogd gevaar” is voor escalatie. Hij zei te hopen dat de KFOR zal voorkomen dat Serviërs opnieuw wegblokkades opwerpen. Ook gaf hij te kennen dat Kosovo vastbesloten is om lid van de NAVO te worden.
“De instellingen en burgers van Kosovo hebben in de huidige situatie reden om waakzaam te zijn voor de destructieve aanpak van onze noorderbuur”, zei Kurti.
De twee leiders schuiven vandaag in Brussel met elkaar aan tafel voor een vredesoverleg, onder leiding van EU-buitenlandchef Josep Borrel.
Servië beschouwt Kosovo juridisch nog steeds als een integraal deel van zijn grondgebied. Het ontkent er spanningen en conflicten te hebben aangewakkerd en beschuldigt Pristina ervan de rechten van de Servische minderheid met voeten te treden. Etnische Serviërs maken 5 procent uit van de 1,8 miljoen inwoners van Kosovo, waarvan 90 procent etnisch Albanees is.
In Servië bestaat echter een vergelijkbare nummerplatenwet. Daar moeten Kosovaren hun kentekenplaat vervangen door een Servische.
(as)