Goud doet het traditioneel goed in onzekere tijden. Nu de Geopolitical Risk Index (GRI) – een graadmeter voor geopolitieke spanningen – op zijn hoogste punt noteert sinds de invasie van Irak in 2003, zou in een ander tijdperk de goudprijs door het plafond zijn gegaan. Niet nu. Sinds het begin van augustus is de goudprijs lichtjes gestegen tot zo’n 1.344 dollar per ounce, iets meer dan een jaar geleden, maar nog altijd ver verwijderd van zijn recordprijs van 1.898 dollar in september 2011.
Nu de wereld zwemt in goedkoop geld, aandelen stilaan bubbelwaarderingen bereiken, valuta als jojo’s op en neer gaan en de politieke situatie in verschillende landen met de dag onduidelijker wordt, blijft de goudprijs eigenlijk aanmodderen. Sinds het edelmetaal in 2011 even aan de poort van de 2.000 dollar per ounce leek te gaan kloppen is het zelfs een derde van zijn waarde kwijt. Wanneer straks de rente wordt verhoogd, wordt het edelmetaal nog minder aantrekkelijk, want net als de Zwitserse franc brengt goud niets op en moet je anderen betalen om het te stockeren.
Waarom stijgt de goudprijs niet?
Ten eerste zijn er steeds meer kapers op de veilige kusten
De Zwitserse frank bijvoorbeeld (lichte stijging dit jaar) of de bitcoin (die nu al acht keer hoger noteert dan een jaar geleden). Veel investeerders kochten goud toen de centrale banken na de financiële crisis van 2008 hun QE-programma’s inzetten. Ze gokten daarbij op een aanzienlijke stijging van de inflatie. Maar prijzen gingen amper omhoog en de door velen voorspelde hyperinflatie kwam er nooit.
Ook raakt de rol van goud als traditionele beschermer van rijkdom uitgespeeld
Volgens Laurence D. Fink, de voorzitter van ’s werelds grootste investeringsfonds BlackRock Inc., wordt die rol nu opgenomen door hedendaagse kunst en appartementen in steden als New York, Vancouver en Londen.
‘Historisch was goud altijd al een geweldig instrument om rijkdom te beschermen, maar het edelmetaal is zijn glans verloren en er zijn nu andere mechanismen die rijkdom beschermen en tegen inflatie bestand zijn.’
Volgens Fink zijn de twee belangrijkste beschermers van internationale rijkdom vandaag hedendaagse kunst en appartementen in Manhattan, Vancouver en Londen. Daarenboven is het voor families veel makkelijker geworden om hun rijkdom in het buitenland te stallen. Goud is daarvoor niet meer nodig.’
Warren Buffett
Tenslotte is er nog topinvesteerder Warren Buffett. Die omschreef goud destijds als ‘een product dat ergens in Afrika of een andere locatie uit de grond wordt gehaald, vervolgens wordt gesmolten en uiteindelijk weer in een nieuw gegraven put wordt bedraven en door een grote groep betaalde wachten moeten worden beschermd.’ Volgens Buffett heeft goud geen enkel praktisch nut heeft. Elk buitenaards wezen zou volgens hem verbijsterd zijn over de rol die het goud heeft in onze maatschappij. Al zullen er ongetwijfeld nog altijd goudfanaten zitten onder de mensen die een nieuwe oorlog wel zouden verwelkomen.