De Amerikaanse bank JPMorgan schikt voor 920 miljoen dollar een rechtszaak met de beurswaakhond SEC over marktmanipulatie. De bank kocht en annuleerde orders onder een andere identiteit om de prijs van grondstoffen op te drijven.
Het is de grootste boete ooit voor de manipulatie van grondstoffenprijzen, laat de toezichthouder voor grondstofbeleggen CFTC weten.
De schikking beëindigt een onderzoek naar de bank. Die heeft zich acht jaar lang schuldig gemaakt aan het manipuleren van de goud- en zilverprijs door gigantische orders te plaatsen die geen enkele trader ooit zou uitvoeren. Dat deed de prijs explosief stijgen waardoor anderen dachten dat er iets op til was en ook goud of zilver kochten. Even later annuleerde de bank haar order weer. Belangrijk is dat de traders dat niet als zichzelf deden, maar onder een andere naam. In het jargon heet dat spoofing.
Strategisch
Spoofing wint de laatste jaren aan populariteit onder traders en ligt sinds het in 2010 expliciet verboden is onder het vergrootglas van heel wat wetgevers. Het is een moeilijke kwestie, want orders plaatsen en later weer annuleren is uiteraard niet verboden, alleen is het dat wel als het past in een strategie om andere beleggers geld afhandig te maken.
Twee traders van JPMorgan hebben al schuldig gepleit, vier anderen wachten hun rechtszaak nog af. De hoogste in rang is Michael Nowak, die aan het hoofd stond van de edelmetalendivisie van JPMorgan tot hij in 2019 om vertrouwelijke redenen moest opstappen, samen met twee anderen. Naar alle waarschijnlijkheid rook de bank toen al onraad.
Het is ook de grootste boete die de Amerikaanse justitie ooit al heeft uitgevaardigd voor spoofing. De praktijk liep tussen 2008 en 2016.