Na de sluiting van Sappi Lanaken en de donderwolken boven Van Hool is er weer slecht nieuws over de Vlaamse industrie: de Amerikaanse chemiegroep Celanese wil haar site in Mechelen, die vooral bekend is onder zijn vroegere naam DuPont, sluiten. Er staan 220 jobs op de tocht.
In het nieuws: Sitedirecteur Erik Lamers van Celanese Mechelen moet zijn personeel barslecht nieuws meedelen. De Amerikaanse moedergroep ziet geen toekomst meer in de productiefaciliteit voor gespecialiseerde materialen en start de sluitingsprocedure.
- “Na een evaluatie bleek dat de verderzetting van de activiteiten in Mechelen economisch niet levensvatbaar is”, klinkt de uitleg. De exploitatiekosten, waaronder de loonkosten, liggen te hoog en de fabriek is op het vlak van digitalisering en automatisering niet competititief meer.
- Opmerkelijk: Celanese verwijst ook naar “de regelgeving die extra investeringen vereist”.
De context: Celanese is pas sinds november 2022 de eigenaar van de site, die het overnam van sectorgenoot DuPont als onderdeel van de divisie Mobility & Materials (M&M). Dik een jaar later wordt al een streep getrokken door de Mechelse productie, de leveringen aan klanten zullen vanaf september door andere fabrieken van Celanese gebeuren.
220 jobs weg
Het cijfer: Van de 250 personeelsleden zullen slechts een dertigtal administratieve functies behouden blijven. Alle 220 jobs in de productie verdwijnen tegen september.
👉 “Het bedrijf is zich bewust van de impact op de werknemers en de lokale gemeenschap”, zegt Lamers in een mededeling. “We zetten ons volledig in om een sociaal aanvaardbare oplossing te vinden voor de mogelijk getroffen werknemers. Het consultatieproces met de vakbonden wordt binnenkort verdergezet.”
Uitgezoomd: Celanese is geen alleenstaand geval. Eerder sloot ook papierfabriek Sappi Lanaken de deuren. In de automotive-sector hangen er donderwolken boven busbouwer Van Hool, autofabriek Audi Brussels en metaalfabriek ArcelorMittal (ex-Sidmar) Gent. Vorige week, op een top over de Europese industrie in Antwerpen, kwam er nog forse kritiek op het Belgische industriebeleid.
